Vaker erfelijke borstkanker na röntgenfoto voor dertigste jaar
AMSTERDAM – Vrouwen die draagster zijn van erfelijke borstkankergenen hebben een anderhalf tot twee keer hoger risico op borstkanker als bij hen vóór hun dertigste röntgenonderzoek op de borstkas is verricht.
Dat rapporteren onderzoekers van het Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis in een vrijdag verschenen artikel op de website van het artsenblad British Medical Journal.
Met röntgenonderzoek op de borstkas wordt hier al het diagnostische onderzoek bedoeld waarbij de borststreek in beeld wordt gebracht, zoals röntgenfoto’s van de borstkas, mammogrammen en CT-scans.
Volgens onderzoekers dr. ir. Anouk Pijpe en prof. dr. ir. Floor van Leeuwen hebben hun bevindingen mogelijk gevolgen voor de screening op borstkanker bij vrouwen met een bewezen aanleg voor het krijgen van borstkanker.
Samenwerking
In het onderzoek –een samenwerking tussen drie grote landelijke studies onder BRCA1/2-mutatiedraagsters uit Engeland, Frankrijk en Nederland– is aan bijna 2000 vrouwen, allen draagster van een mutatie in het zogeheten BRCA1- of BRCA2-gen, gevraagd of zij ooit röntgendiagnostiek op de borstkas of screening door middel van mammogrammen hebben ondergaan en zo ja, welke soort, op welke leeftijd en hoe vaak.
Uit het onderzoek blijkt dat deze draagsters van een borstkankergen een anderhalf tot bijna tweemaal verhoogde kans op borstkanker hebben als zij vóór hun dertigste levensjaar röntgendiagnostiek of screening door middel van mammogrammen hebben ondergaan, in vergelijking tot BRCA1/2-mutatiedraagsters bij wie dit niet of pas na hun dertigste is gebeurd.
Ander onderzoek
Uit ander onderzoek is bekend dat vrouwen uit de algemene bevolking geen verhoogd risico op borstkanker hebben na dit soort blootstellingen.
Niet eerder werden alle mogelijke soorten diagnostiek in één studie meegenomen en werd er daaruit één totale blootstellingsmaat berekend.
„Draagsters van een BRCA-genmutatie hebben sowieso een aanzienlijk grotere kans op het krijgen van borstkanker dan vrouwen die geen draagster zijn”, licht Anouk Pijpe toe. „Om die reden worden zij vanaf relatief jonge leeftijd gescreend om borstkanker in een zo vroeg mogelijk stadium te ontdekken. Hoewel een aantal draagsters weliswaar baat heeft gehad bij deze screening, blijkt nu dat onderzoek op zeer jonge leeftijd door middel van mammogrammen het risico op borstkanker bij deze groep kan verhogen.”
Gelukkig is er volgens Pijpe in Nederland een richtlijn waardoor jonge BRCA1/2-mutatiedraagsters al een hele tijd niet meer standaard met mammogrammen worden gescreend. Dat gebeurt nu door middel van MRI, waarbij geen röntgenstraling wordt gebruikt. In andere landen is dat echter niet altijd het geval.
Volgens de onderzoekers verdient het dan ook aanbeveling om ook daar zo snel mogelijk de Nederlandse richtlijn in te voeren.
In Nederland kunnen draagsters van een borstkankergen dus wel gewoon naar hun reguliere controles blijven gaan.