RD-redacteuren verkennen de grens van Nederland in een camper – Noord- en Zuid-Holland

Vakantie vieren kan op veel verschillende manieren. Pluspunt verkent deze zomer de grenzen van Nederland. Met een camper. Aflevering 6 (slot).

17 August 2012 17:42Gewijzigd op 14 November 2020 22:43
Het kerkje van Katwijk is in het kader van een renovatie niet meer helemaal wit. Foto RD
Het kerkje van Katwijk is in het kader van een renovatie niet meer helemaal wit. Foto RD

Wakker worden in een camper op Texel is bijna net zo lekker als ontwaken in het eigen bed. Door het open raam stroomt de frisse zeelucht de woning op wielen binnen. Vanuit de duinen naast vakantiepark De Krim klinken vogelgeluiden. Het krijsende geschreeuw van een grote mantelmeeuw doet de camperaar uit bed springen. Wat is er mooier dan een zonsopgang zien bij de vuurtoren op de noordelijke punt van Texel?

Een voordeel van de camper is dat hij binnen een mum van tijd klaar is voor vertrek. De kinderen zijn wel in voor een ontbijtje bij de zee. Het uitzicht bij de vuurtoren is mooi, zo ’s ochtends vroeg. Links de Noordzee, rechts de Waddenzee. Het water in het Eierlandse Gat, tussen Texel en Vlieland, kolkt. Het is bijna onbevaarbaar door de vele zandbanken. Alleen het schip De Vriendschap vaart in de zomer naar de Vliehors aan de overkant.

Aan alles komt een eind. Ook aan het korte verblijf op Nederlands grootste Waddeneiland. Langs de Waddenzee rijdt de camper naar de veerboot. Die vertrok vroeger vanuit Oudeschild, aan de oostkant van Texel. Nu liggen er alleen nog kotters en jachten.

De Dokter Wagemaker wacht. De in 2005 gebouwde veerboot is genoemd naar de huisarts die in 1907 Texels Eigen Stoomboot Onderneming (TESO) oprichtte. De koffie aan boord is goed. Samen met de stevige wind op het Marsdiep zorgt ze ervoor dat de laatste slaperigheid verdwijnt. Dat is maar goed ook, want vandaag moet Rotterdam worden gehaald.

De meeste Nederlanders kennen Den Helder alleen van de route naar de Texelse veerboot. Wie de kust van Neder­land volgt, ziet ook een andere kant van de marinestad. De Zee­promenade, waar Heldernaren de verrichtingen van een fregat in het Marsdiep volgen. Of de felrode vuurtoren de Lange Jaap, de hoogste gietijzeren toren van Europa. Of Fort Kijkduin, in 1811 gebouwd in opdracht van Napoleon.

De camper volgt een stuk van de Noordzeeroute, een langeafstandsfietsroute van Den Helder naar Normandië. Via Julianadorp, Callantsoog en Petten rijdt de Carado naar de Hondsbossche Zeewering. De verleiding is groot om even te stoppen en de stoere zeedijk te beklimmen. Toch maar doorrijden, de weg naar Rotterdam is nog lang.

Bij plaatsjes zoals Groet, Schoorl en Aagtdorp neemt de bestuurder zich voor om de Noordzeeroute ook eens te fietsen. De dorpjes zijn best aardig om doorheen te rijden, maar de gedachte dat de camper vlak langs de schitterende duinen van Schoorl rijdt zonder er iets van te zien, knelt. De fietsroute gaat dwars door dit mooie natuurgebied, waar de afgelopen jaren meerdere keren brand is gesticht.

In Bergen wordt het link. Bordjes waarschuwen voor overhangende bomen. Voor de zekerheid gaat de chauffeur midden op de weg rijden, want anders is straks de alkoof –de opbouw– verdwenen. Alleen bij een tegenligger moet de camper naar rechts, tenminste als er geen overhellende boom in de buurt is.

Egmond volgt. Eerst Egmond aan den Hoef, dan Egmond-Binnen. Bij Castricum zet de camperbestuurder vast koers richting de snelweg A9. Het Noordzeekanaal is bij IJmuiden alleen met een voetveer over te steken, dus voertuigen moeten door de Velsertunnel.

Dwars door Haarlem rijdend, heb je niet echt het gevoel de kustlijn te volgen. Dat komt pas weer als de provinciegrens met Zuid-Holland is gepasseerd. Na De Zilk zijn rechts de duinen te zien, links de bollenvelden rondom Hillegom. Door het afgraven van duinzand zijn zogeheten geestgronden ontstaan die erg geschikt zijn voor de bollenteelt.

Achter in de camper begint het steeds rumoeriger te worden. Door het rijden van de toeristische route via allerlei binnenweggetjes zijn de vier kinderen in de camper de afgelopen uren behoorlijk heen en weer geschud. Tijd voor een zwempauze. De Noordzee bij Katwijk aan Zee lijkt een goede plek. Zodra de camper stilstaat, stormen ze alle vier de wagen uit, het strand op. Pa mag een parkeerplek zoeken voor de Carado. Dat is nog niet zo eenvoudig, maar achter het bekende witte kerkje is nog plek.

Het water is behoorlijk koud, dus de jeugd houdt het op pootjebaden. De klok in Katwijk luidt vier uur als de camper weer vertrekt. De makkelijkste weg naar Rotterdam is over de A4 en de A13. Maar op de radio is te horen dat die vol met files staan. Dan maar door Den Haag.

Het is niet zo’n verstandige keus. Tot de haven van Scheveningen gaat het nog, maar daarna is het ook in de hofstad file rijden. Als de camper eindelijk bij Loosduinen de stad verlaat, staat één ding vast: om bij het startpunt de Erasmus­brug te komen, gaat de camperrit niet door de binnenstad van Rotterdam. Niet nog eens een dik halfuur file rijden.

De Maeslantkering bij Hoek van Holland is een prima alternatief eindpunt. Het is dichter bij de kust en je kunt er een stuk beter foto’s maken dan midden op de Erasmusbrug, waar de campertocht anderhalve week geleden begon.

Het bewijs is geleverd: Nederland rondrijden per camper levert een leuke en avontuurlijke vakantie op. Maar het is geen straf om weer in een gewoon bed te slapen. In een woning zonder wielen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer