Laatste loodjes voor Roemer het zwaarst
DEN HAAG – In het Openluchtmuseum in Arnhem gaat zondag de SP-verkiezingscampagne officieel van start. Afgaande op de peilingen rukt SP-leider Roemer ongehinderd op naar het Torentje, maar de heetste fase van de verkiezingstijd moet nog beginnen. Wie of wat kan Roemer nog afhouden van een zege op 12 september?
Roemer zelf
Net als in voorgaande jaren zal de campagne zich ook dit jaar in de slotfase toespitsen op een beperkt aantal concrete thema’s. Brussel, de crisis, bezuinigingen en het begrotingstekort lijken nog steeds de belangrijkste kandidaten te zijn. Gezien de peilingen zullen Roemers collega-lijsttrekkers alles op alles zetten om te voorkomen dat hij kan blijven hangen in verkiezingsretoriek, zoals: „Met de SP komt u op een sociale manier uit de crisis.” Integendeel, ze zullen hem uitdagen om de SP-plannen zo gedetailleerd mogelijk toe te lichten.
Voor Roemer is dat niet zonder risico’s. Naast dat hij kan gaan hakkelen, dreigt het risico dat hij zijn spontaniteit verliest en tegen zijn aard in vlucht in het oplepelen van uit het hoofd gestampte feitjes. Beide doen zijn imago geen goed.
Een andere potentiële valkuil is dat Roemer de publiciteit gaat zoeken met te opvallende, te robuuste standpunten. Bijvoorbeeld via de media, zoals gisteren, toen hij liet optekenen: „Moet ik Brussel een belachelijke boete gaan betalen als het tekort groter is dan 3 procent? Over my dead body.”
Met die aanpak speelt hij hoog spel. Roemer zou er, net zoals dat Fortuyn en Wilders in het verleden lukte, definitief zijn status als uitdager van de gevestigde orde mee kunnen vestigen en daarmee zijn voorsprong in de peilingen kunnen vergroten. Maar ervaren kiezers hem net als bij Fortuyn in 2002 inmiddels als zo’n verademing en als zo’n frisse buitenstaander dat het eigenlijk niet meer uitmaakt wat hij zegt? Indien niet, dan dreigt Roemer zich met zo’n strategie te vergalopperen.
Wilders
Het schofferen van zijn politieke rivalen is een vast speerpunt van Wilders’ verkiezingscampagnes. Zijn mokerslagen treffen doel. In 2010 beet hij PvdA-leider Cohen volkomen onverhoeds in één zin toe „een fan” te zijn van de massa-immigratie, „de politieke reïncarnatie” van de weinig succesvolle PvdA-minister Vogelaar en de burgemeester die theedronk „met foute imams” terwijl honderden Amsterdammers de stad ontvluchten omdat zij lastig werden gevallen door „Marokkaans tuig.” Het bracht Cohen, die toch wel ongeveer moet hebben aangevoeld wat hem te wachten stond, zichtbaar van zijn stuk.
Roemer zou in deze campagne Wilders’ doelwit kunnen zijn. De munitie is gratis te downloaden: in de tijd dat Roemer wethouder Financiën was in Boxmeer werd deze gemeente financieel onder curatele gesteld, in zijn tijd als fractievoorzitter van de SP-Boxmeer zou hij een minderheidscollege hebben gedoogd, terwijl hij onlangs verklaarde principiële bezwaren te hebben tegen een gedoogrol in de landspolitiek, enzovoorts. Uit diverse losse flodders op onnavolgbare wijze een frontale stoot onder de gordel smeden die dagen blijft hangen bij kiezers; dat is Wilders anno 2012 nog steeds wel toevertrouwd.
Rutte
Het instrumentarium waar Rutte en de VVD zich van zullen bedienen, zal fijnzinniger en subtieler zijn, maar daarmee niet per se minder doeltreffend. Het meest waarschijnlijke VVD-aanvalsscenario is dat van de tweetrapsraket. Rutte gaat in dat geval in ieder debat uit het blote hoofd een reeks getallen oplepelen uit het rapport van het Centraal Planbureau waarin de economische effecten van het SP-verkiezingsprogramma worden doorgerekend en Roemer daarna voorhouden dat de SP een bedreiging is voor de hardwerkende middenklasse. Anderen uit het VVD-campagneteam zullen de confrontatie zoeken en het SP-beleid wegzetten als ‘Grieks’ beleid; oftewel als beleid dat een land als Griekenland aan de rand van de economische afgrond heeft gebracht.
Topeconomen en de media
Van diverse hervormingsgezinde economen is bekend dat ze niet zo veel ophebben met de SP. Zo liet hoogleraar Jacobs van de Erasmus Universiteit in Rotterdam ooit in het Financieele Dagblad optekenen dat „de SP zich veel te weinig verantwoordelijk voelt voor overheidsfinanciën, pensioenen en arbeidsmarkt.” De Tilburgse CDA-econoom Eijffinger voegde daar in dezelfde krant aan toe: „Het SP-programma is een ramp voor het land, hoe aardig Roemer ook is.”
Aannemelijk is dat beiden in het heetst van de campagne op afroep beschikbaar zijn om hun standpunt te herhalen, bijvoorbeeld in Elsevier of in De Telegraaf, indien gewenst in nog wat steviger bewoordingen. Het in stelling brengen van gezaghebbende economen kan, zeker in een verkiezingsstrijd die pas op de finishlijn wordt beslist, van betekenis zijn.
Dit is het slot van een tweeluik over de verkiezingscampagne van de SP.