Consument

Stralsund, de parel van de Hanzesteden aan de Oostzee

STRALSUND – Stralsund heet in de volksmond de poort naar Rügen. Wie het Duitse eiland in de Oostzee wil bezoeken, reist immers via Stralsund. Achteloos rijdt men in de auto dan aan een stad voorbij die sinds 2002 op de Werelderfgoedlijst van Unesco prijkt.

27 July 2012 16:11Gewijzigd op 14 November 2020 22:23
De betoverende schoonheid van de makreel. Foto Tourismuszentrale Stralsund
De betoverende schoonheid van de makreel. Foto Tourismuszentrale Stralsund

De mensen zijn het er niet over eens van welke kant Stralsund het best tot zijn recht komt. Stadsgids Jeannine Wolle: „Sommigen, dat zijn met name de inwoners van Stralsund, beweren dat de stad vanaf het water het mooist is. Zij genieten van de zeilboten om hen heen op de Oostzee en de vrachtschepen die hout, graan en staal aanvoeren. Het fraaist is natuurlijk de skyline, die bestaat uit het indrukwekkende raadhuis en de imposante kerken. Die gebouwen hebben we aan de middeleeuwse handel te danken.”

„De dagjesmensen, de mensen van buitenaf, komen vaak niet verder dan de binnenstad en halen daar hun hart aan op”, aldus Wolle. „En ook dat alleen is zeer de moeite waard. Dan zie je alles van dichtbij.”

De belangrijkste blikvangers in het centrum, van een afstand en dichtbij, vormen het raadhuis en drie kerken: de Marienkerk, de Jacobikerk en de Nicolaikerk. Alle vier zijn ze uitgevoerd in de voor Noord-Duitsland zo kenmerkende baksteengotiek. Niet voor niets wordt wel gezegd dat baksteen­gotiek het symbool is van de Hanzesteden uit de middeleeuwen.

Maar ook de oude, soms geruïneerde kloosters en de huizen met de sierlijke gevels gelegen aan de kromme straten in de binnenstad, mogen er zijn. Waar nu restaurants of kledingzaken zijn gevestigd, werd in de middeleeuwen hout, bier en haring verhandeld. Zelfs op de rustdag werd de handel in de kerken voorgezet. In de Nicolaikerk, de kerk van de welgestelden, hangt een bordje met de oproep om „in ieder geval tijdens het gebed geen handel te drijven.”

„De stad was door de handel zo rijk en machtig geworden dat de belangrijke concurrent Lübeck in 1249 Stralsund in brand stak. De inwoners van Stralsund bouwden hun stad weer op, dit keer met bakstenen. Daarnaast legden ze rond de vestingmuur ter verdediging een slotgracht aan.”

Stralsund verdient het niet om in een middag te worden afgeraffeld. „Er zijn dagjesmensen die ’s ochtends het raadhuis en de kerken bekijken, zich ’s middags naar het Ozeaneum (zie kader) spoeden en het verder voor gezien houden. Maar dan doe je jezelf toch echt tekort”, aldus Wolle. „Je moet door de straten zwerven, zodat je de geur van de huizen kunt opsnuiven en de stad kunt proeven.”

Het meest appetijtelijk is misschien wel hotel Scheelehof, het 700 jaar oude geboortehuis van chemicus Carl Wilhelm Scheele. Twee jaar geleden werd het historische pand met de prachtige gevel volledig gerenoveerd. Daarbij zijn de honderden jaren oude houten balken blootgelegd, tot en met de voor deze huizen karakteristieke zogenaamde huisboom toe. De huisboom vormt de hoeksteen van de woning, dus het hele gebouw rust erop. In hotel Scheelehof kunnen de gasten zich op verschillende verdiepingen vergapen aan de dikke stam.

De binnenstad van Stralsund leeft, maar nog niet zo lang geleden was dat anders. „Ten tijde van de DDR keken de autoriteiten niet om naar het historische centrum. Het werd bewust verwaarloosd, zodat de mensen naar de buitenwijken vluchtten. Voor de oorlog leefden er in het historische centrum 18.000 mensen, ten tijde van de DDR waren het er 8000.”

Na de hereniging verlieten nog eens 5000 inwoners het centrum, zodat er op een gegeven moment nog maar 3000 mensen in de binnenstad woonden. Intussen zijn het er weer 4500. „Dat geeft aan dat er hier wat gebeurt”, zegt Wolle.

Wolle omschrijft de doorsnee-Stralsunder als een doorzetter. „Kijk, er zijn mensen vertrokken, maar degenen die bleven hebben hart voor de stad. Huizen worden gerenoveerd, er komen weer winkels en horecagelegenheden. Hier in de stad gebeurt wat.”

Een aantal Stralsunders wilde voor geen geld wegtrekken en anderzijds voelden vooral West-Duitsers zich tot de stad aangetrokken. Een van hen is Harry Rasmus. Hij opende in 1997 een viszaak met een rokerij in het oude Stralsund. En nog belangrijker: hij bracht de Bismarckharing terug naar de Hanzestad.

De Bismarckharing, een soort zure haring, dankt zijn naam aan de slimme vishandelaar Johann Wichmann, die een keer een vaatje met deze lekkernij als verjaardagscadeau aan rijkskanselier Otto von Bismarck overhandigde. Sindsdien zijn ze naar hem vernoemd. Rasmus benaderde een achterkleindochter van Wichmann voor het recept van de haring. Die was zo enthousiast over het idee dat ze het recept verkocht. Sindsdien is de Bismarckharing terug in Stralsund.

Tijdens de G7-top in 2007 in het nabijgelegen Heiligendamm kwam zelfs de Amerikaanse presdient 
George W. Bush langs om de haring te proeven.

De toeristen genieten van alle bedrijvigheden. En doordat de binnen- en buitenlandse gasten komen, komt er ook weer geld in het laatje van Stralsund.

Wolle: „Het is in feite de bevolking die de zaak aan het rollen heeft gebracht. Zij zorgden voor leven in de brouwerij, waardoor de toeristen kwamen, waar ze nu zelf van kunnen leven.”

www.germany.travel
www.stralsundtourismus.de


Liefdesverklaring aan de zee

Het Ozeaneum in Stralsund neemt de bezoeker onder water mee op reis door de noordelijke zeeën. Het museum is „één grote liefdesverklaring aan de zee.”

Op de kade ligt tussen oude loodsen een ultramodern gebouw. Het opvallende pand biedt sinds juli 2008 onderdak aan het Ozeaneum. Het Ozeaneum, de naam is een samenvoeging van de woorden oceaan en museum, neemt de bezoeker mee op reis door de zeeën om ons heen. Dus niet naar tropische wateren met exotische vissoorten. Nee, het toont de betoverende schoonheid van bekende vissen zoals de schelvis, de haring en de makreel.

De bezoeker komt door de presentatie onder de indruk van de vissen en de andere zeedieren. Zo staat in een hal bijvoorbeeld een enorme glazen kolom waarin een school haringen zich continu voortbeweegt en daardoor een schitterend schouwspel biedt.

In een levensgroot aquarium is een havenkade nagebouwd waarin het leven dat zich onder het wateroppervlak afspeelt valt te zien. Rond een in het water gesmeten fiets en blikjes bier zwemmen palingen en andere vissen.

Op ware grootte namaakte walvissen hangen in een enorme hal. Zittend op banken of liggend op de grond kunnen bezoekers luisteren naar het kreunen van de blauwe vinvis, het klagen van de orka en het zingen van de bultrug.

Het is duidelijk dat het Ozeaneum de mensen niet alleen wil vermaken, maar ook bewust wil maken van de kwetsbaarheid van het leven in de zeeën.

Wie het Ozeaneum verlaat, kijkt voortaan met andere ogen naar de zee. Voor wie eerder onbekend was met het leven in het water, is een wereld opengegaan. Terecht werd het Ozeaneum in 2010 gekozen tot Europees museum van het jaar.

Het Ozeaneum is geopend van 9.30 tot 21.00 uur. Entree: volwassenen 14,00 euro, kinderen (met ouders) 3,00 euro per kind. Adres: Hafenstrasse 11, Stralsund.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer