„Schoolverlater voelt zich alleen”
MAASTRICHT – Bijna de helft van de jongeren die voortijdig hun school hebben verlaten, heeft het idee dat niemand heeft geprobeerd hun uitval te voorkomen.
Bij mbo’ers van niveau 1 en 2 die zonder diploma van school gaan, geldt dat zelfs voor meer dan de helft. Dat blijkt uit een vanmorgen gepubliceerd onderzoek van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt van de Universiteit Maastricht.
Een op de vijf zegt niemand te hebben gesproken over hun beslissing om de school definitief te verlaten. „Het is een opvallend resultaat”, zegt onderzoeker Christoph Meng van de Universiteit Maastricht. „Zeker de laatste jaren is er heel veel aandacht voor schoolverlaters en er zijn ook wel degelijk positieve resultaten geboekt. Maar het is opvallend dat toch veel jongeren het gevoel hebben dat ze niet geholpen worden.” Volgens hem moet er meer onderzoek worden gedaan naar de reden daarvan.
Voor het onderzoek werden ruim 2000 jongeren ondervraagd die in het schooljaar 2009/2010 van school gingen.
Een op de drie schoolverlaters zit na anderhalf jaar weer terug in de schoolbanken. Iets meer dan een kwart heeft dan nog geen werk en is ook niet op zoek. „Dat zijn vaak jongeren met gecompliceerde problemen, met bijvoorbeeld een psychische oorzaak. Een lastig te bereiken groep”, aldus Meng.
De reden om zonder diploma weg te gaan, heeft in bijna de helft van de gevallen te maken met school. Zo blijkt bijvoorbeeld de opleiding toch niet aan de verwachtingen te voldoen, te moeilijk of niet goed georganiseerd. Met name bij leerlingen die spijbelen vanwege problemen op school of vanwege persoonlijke problemen kan spijbelen een vroeg signaal van voortijdige uitval zijn.
Minister Van Bijsterveldt (Onderwijs) heeft veel werk gemaakt van het terugdringen van voortijdig schoolverlaten. Het is haar doelstelling om het aantal voortijdig schoolverlaters te laten dalen naar hooguit 25.000 in 2016. In het schooljaar 2010/2011 verlieten 38.600 leerlingen de school zonder diploma.