De zegsman ontkende dat de militairen zware wapens hebben ingezet. VN-waarnemers die het dorp ongeveer 25 kilometer van Hama in Centraal-Syrië zaterdag bezochten, beweerden het tegendeel. Zij meldden na terugkeer dat er een brede reeks wapens is gebruikt, waaronder artilleriegeschut en mortieren. Zij deden echter geen uitspraak over het aantal doden. Aanhangers van de oppositie hebben gezegd dat in het dorp mogelijk meer dan 200 mensen om het leven zijn gebracht.

De VN-waarnemers denken dat de actie van de veiligheidstroepen in Tremseh gericht was tegen de woningen van deserteurs uit de Syrische strijdkrachten en activisten tegen het regime van president Bashar al-Assad. Zij hebben in diverse huizen plassen bloed, bloedspetters en kogelgaten gezien. De waarnemers gingen voor nader onderzoek zondag opnieuw naar het dorp.

Kofi Annan, de internationale gezant voor Syrië, zet zijn poging om langs diplomatieke weg tot een oplossing voor het geweld te komen maandag voort met een bezoek aan Rusland. Dat land is de voornaamste bondgenoot van Assad en komt steeds meer onder druk te staan om in te stemmen met het vertrek van de Syrische president.

Enkele weken geleden stemde Rusland tijdens overleg in Genève in met de instelling van overgangsregering in het Arabische land, maar daarin zou volgens Moskou ruimte moeten zijn voor Assad en andere leden van de huidige regering. De westerse landen voelen daar niets voor. Zolang Assad deel uitmaakt van de regering, zal het geweld volgens hen blijven aanhouden.

Annan bezocht een week geleden een andere belangrijke bondgenoot van Assad: Iran. Hij wil dat land tegen de zin van vooral de Verenigde Staten bij het overleg over een oplossing betrekken. De Iraanse minister van Buitenlandse Zaken, Ali Akbar Salehi, bood zondag aan gastheer te zijn van besprekingen tussen de strijdende partijen in Syrië.