„Kritiek op suikers terecht, maar eenzijdig”
„De Amerikaanse hoogleraar Robert Lustig heeft gelijk als hij wijst op de gevaren van een overmatige suiker- en koolhydraatconsumptie. Zijn suggestie dat verzadigde vetten er minder toe doen, deel ik echter niet. Ook die zijn slecht.”
Prof. dr. Jaap Seidell, hoogleraar voeding en gezondheid aan de Vrije Universiteit, zegt dit in een reactie op de bezwaren van Lustig die vorige week in deze krant aan bod kwamen.
De Amerikaanse arts ageert tegen het lukraak toevoegen van suikers –in de vorm van fructose en glucose– aan allerlei voedingsmiddelen, de overmatige consumptie van frisdrank en het grote aandeel aan vezelarme, door het lichaam snel opneembare koolhydraten in de westerse voeding. Het zijn stuk voor stuk oorzaken van de epidemie van overgewicht, diabetes en hart- en vaatziekten, stelt de Amerikaanse kinderarts en endocrinoloog.
„Lustig heeft daarmee zeker een punt. Maar de suggestie in de media als zou hij de enige zijn die hierop wijst, is onjuist. Kijk eens naar onze eigen voedingsrichtlijnen en leefstijladviezen. Daarin gaat het ook om gevarieerd eten, minder calorieën, voldoende bewegen, het terugdringen van verzadigde vetten, zout en suikers, de consumptie van voldoende vezels en beperking van geraffineerde koolhydraten. Wij zeggen eveneens dat je beter water kunt drinken dan frisdrank en dat het aanbod in drank- en snackautomaten op scholen anders zou moeten zijn.”
Het toevoegen van glucose en fructose aan producten zou volgens Lustig aan banden moeten worden gelegd. „Ook daarin is hij niet de enige”, zegt Seidell. „Dat vinden we als voedingswetenschappers allemaal. We ontraden fructose niet specifiek, maar wel suikers in het algemeen en daar hoort fructose bij.”
Seidell is het met Lustig eens dat snelle suikers in bijvoorbeeld witte rijst, witbrood, koek en gebak forse insulinepieken geven. „Die zijn schadelijk. Vooral koolhydraatrijke voeding, dus zetmeel dat uit enkel glucose bestaat, heeft dat effect.” Als belangrijkste oorzaak van de huidige epidemie van overgewicht en diabetes type 2 ziet Seidell eveneens de zeer sterke stijging van het aanbod en de consumptie van vezelarme, koolhydraatrijke voedingsmiddelen sinds halverwege de jaren tachtig van de vorige eeuw. „Dat kwam echter niet doordat de verzadigde vetten halverwege de jaren tachtig werden vervangen door suikers, zoals Lustig stelt. De verzadigde vetten werden vervangen door onverzadigde vetten.”
Lustig verwijt de beleidsmakers op het gebied van voeding en gezondheid vooral oog te hebben voor de gevaren van verzadigde vetten. „Daar heeft hij niet helemaal ongelijk in. Lustig focust echter alleen op suikers. Maar een vetrijke en een suikerrijke voeding zijn beide slecht voor de gezondheid.”
Seidell trekt het breder. „Er spelen meer factoren mee, zoals beweging. In grote delen van Azië eten de mensen vrijwel uitsluitend koolhydraten. Toch hebben ze er geen last van het metaboolsyndroom. Hoe komt dat? Ze doen zwaar lichamelijk werk op het land, ze lopen en ze fietsen. Ze hebben een hoge insulineproductie, maar ze verbruiken die koolhydraten doordat ze veel lichamelijke arbeid verrichten.”
In de VS en in Europa is daarvan veel minder sprake. „We bewegen te weinig, zitten achter het scherm, in de auto enzovoorts. Tegelijk nemen we een overmaat aan snel opneembare calorieën tot ons die we opslaan als vetweefsel. Dáár krijg je welvaartsziekten van.”
Seidell geeft nog een voorbeeld. „Finland was in de tweede helft van de vorige eeuw het land met de meeste hart- en vaatziekten. Onder bosbouwers en houthakkers in Noord-Finland was de sterfte het hoogst. Ze deden veel lichamelijk werk, ze dronken geen frisdrank, hadden geen overgewicht en geen diabetes. Toch kregen ze hart- en vaatziekten. Dat kwam doordat ze enorm veel rookten en veel verzadigd vet aten.” Welvaartsziekten zijn niet terug te brengen tot één oorzaak, stelt Seidell. „Ze verschillen per land en per tijdvak en hangen af van de voedings- en leefgewoonten. Die bepalen de cocktail die leidt tot hart- en vaatziekten of andere aandoeningen.”