Liter: aandacht voor Otten, Van der Beek en Corti
„Hoewel mijn mening er niet toe doet”, schrijft Menno van der Beek, „acht ik dit tegelijk zowel Ottens beste gedichtenbundel als zijn beste roman.” Hij heeft het dan over de nieuwste publicatie van Willem Jan Otten, het epische gedicht ”De vlek” dat zo begint: „Ik zing van een man die vandaag op zijn longen een vlek krijgt te zien./ Ik zing van de vlek, van de waarnemend arts, en ook van de radiologe.” De echo van Homerus en andere klassieke dichters is meer dan hoorbaar, maar het onderwerp is zeer eigentijds en tegelijk tijdloos: is het mogelijk dat het leed van een mens wordt overgenomen door een ander, een plaatsvervanger?
Het voorjaarsnummer van het christelijk-literaire tijdschrift Liter staat voor een groot deel in het teken van Otten en Van der Beek. Prachtig nummer dus voor wie van het werk van beide heren houdt. Allereerst is er een mooi interview (door Tewin van den Bergh en Gerda van de Haar) met Otten. Daarop volgt een analyse van ”De vlek” door Jaap Goedegebuure. En even verderop komt er nóg zo’n analyse, deze keer van Maaike Meijer over ”Een ziektegeschiedenis” van Menno van der Beek, dat qua opzet en thematiek wel een paar raakvlakken heeft met Ottens werk.
Veel wetenschappelijke poëzieanalyses dus in dit nummer, naast gedichten van Henk Knol, Hans Dingemanse, Anthony Carelli en Juliën Holtrigter. Het verrassendst is echter de tekst waarmee het nummer opent: een kort verhaal over Sint-Joris en de draak van de Italiaanse schrijver Eugenio Corti, vertaald en toegelicht door Dingeman van Wijnen.
Boekgegevens
Liter 65 (2012); ISSN 1388 3143; 80 blz.; € 9,50. Te bestellen door overmaken van het bedrag op rekening 1305844 (Stichting Liter) o.v.v. het nummer van de gewenste aflevering.