De rente bereikte donderdagochtend een piek van 7,01 procent. Het rendement op de obligaties, dat tegengesteld beweegt aan de waarde van het schuldenpapier, zakte vervolgens licht tot 6,97 procent.

Beleggers mijden de Spaanse staatsleningen door de grote onzekerheid over het steunpakket voor de Spaanse banken. Beleggers vragen zich af uit welke pot de leningen worden betaald. Ze vrezen bij leningen uit het structurele noodfonds voor de euro (ESM) achter het net te vissen als Spanje niet meer aan zijn verplichtingen kan voldoen. Leningen uit dat fonds hebben bij betalingsproblemen voorrang op de claims van private investeerders.

De rente werd donderdag verder omhoog gejaagd door de beslissing van kredietbeoordelaar Moody’s om de rating van Spanje met drie stappen te verlagen. De kredietpositie van Spanje (Baa3) is nu nog maar een stap verwijderd van de zogeheten ‘junk’-status.

Een rente van 7 procent maakt het op termijn bijzonder moeilijk voor Spanje om aan zijn financiële verplichtingen te voldoen. In de afgelopen jaren moesten landen als Ierland en Portugal met Europese kredieten worden geholpen, nadat de rente op hun obligaties tot meer dan 7 procent was gestegen.

In navolging van de Spaanse rente ging ook de Italiaanse rente omhoog, naar 6,3 procent. Dit was een dag eerder nog circa 6,2 procent.