Jongeren met beperking uit Staphorst op pad in motorzijspan
STAPHORST – „Dit is naastenliefde: belangeloos een hele dag op stap met verstandelijk en lichamelijk beperkte jongeren”, aldus burgemeester Alssema van Staphorst zaterdagochtend. Zo’n dertig jongeren gingen een dag op pad in een motorzijspan.
De tocht wordt sinds 1996 jaarlijks gehouden door de plaatselijke motorvereniging AMBC. Door sponsoring kan iedereen gratis mee, met ’s avonds een diner na afloop.
Wel wordt het elk jaar moeilijker om voldoende zijspancombinaties te vinden. Deze manier van motorrijden verliest aan populariteit.
Maar er zijn ook andere vervoermiddelen. Ronkend en pruttelend komen motoren met zijspan, oude auto’s en zelfs trikes zaterdagochtend bij elkaar op de parkeerplaats bij restaurant Stien. Dit is de voormalige woning van schilderes Stien Eelsingh, naar wie ook de tocht is genoemd.
In totaal gaan er 130 mensen op pad. Normaal rijden ook burgemeester Alssema en zijn vrouw mee, maar hij moet deze keer afzeggen. Wel heet hij iedereen persoonlijk welkom.
Deelnemers en rijders kennen elkaar vaak niet. Rijders krijgen een nummer, bijrijders ook. Het is zaak om elkaar te vinden. „Het is een blind date, maar het klikt altijd”, zegt zijspanrijder Dirk Jan Runherd (75) uit Ommen. Binnen een paar minuten heeft hij Nieck Heide (13) gevonden. De jongen rijdt met hem mee en kan niet wachten. Ouders Jan en Gerrie nemen plaats in de volgbus. „Nieck leeft er al weken naar toe.”
„Laat mijn vrouw het maar niet horen, maar het is bijna de mooiste dag van het jaar”, zegt Klaas Harke uit Staphorst. Hij bestuurt de bezemwagen. „Het is genieten tot de laatste minuut, vooral ook omdat je ziet wat het betekent voor deze jongeren. Dat geeft je zelf ook een goed gevoel.”
Leon van der Ende (11) heeft een stofwisselingsziekte. Hij rijdt voor de tweede keer mee. „Lekker scheuren, dat vind ik het leukste”, zegt hij zachtjes. Na even nadenken: „Zwaaien is ook mooi.” Vader Frank en moeder Alie leggen het even uit. „Vaak rijden we met de bus een stukje vooruit. Dan stappen we uit en zwaaien we naar de motoren.”
Herman Stegeman (21) heeft geluk. Een trike staat op hem te wachten. Dat is niet voor iedereen weggelegd; je moet stabiel kunnen zitten om daarin mee te mogen rijden.
„Ik vind dit prachtig. Belangeloos iets doen voor de medemens, dat zie je vandaag de dag niet zo vaak meer”, zegt vader Harm, terwijl ondertussen zoon Herman voorbijknettert. Hand in de lucht en weg is-ie.