Gezin en aflaat nieuwste mix van Vaticaan
Dat de Rooms-Katholieke Kerk krachtig opkomt voor het gezin, vindt Leonardo de Chirico heel goed. Maar waarom moesten de deelnemers aan de Wereldgezinsdagen van 30 mei tot 3 juni in Milaan een volle aflaat toegezegd krijgen?
Het rooms-katholicisme verstaat heel goed de kunst om van elkaar verschillende zaken tot een eenheid te smeden. Het is de godsdienst van het ”en-en”. Het woord ”katholiek” heeft zo’n weidse betekenis dat het heel diverse elementen, zelfs elementen die met elkaar strijdig zijn, weet te bundelen tot een hogere eenheid, zodat ze naast elkaar kunnen voortbestaan.
Het jongste voorbeeld van het ”en-en”-principe was de toezegging van een volle aflaat voor de deelnemers aan de Wereldgezinsdagen, die van 30 mei tot 3 juni werden gehouden in Milaan.
Fundamenteel leerstuk
Het woord ”aflaat” doet denken aan een middeleeuws gebruik dat centraal stond bij de leergeschillen in de protestantse Reformatie van de 16e eeuw. Een woord met een oude klank, dat echter een fundamenteel leerstuk van het huidige rooms-katholicisme en een wijdverbreide praktijk aanduidt. De laatste gezaghebbende uitspraak over de aflaat was de pauselijke bul ”Indulgentiarum Doctrina” (Over de leer van de aflaten), die Paulus VI in 1967 afkondigde, dus na het Tweede Vaticaans Concilie van 1962-1965.
Aflaten kunnen aan de rooms-katholieke gelovigen worden verleend bij tal van belangrijke gebeurtenissen, zoals een Heilig Jaar, de Wereldjongerendagen en ook de Wereldgezinsdagen. De aflaat is dus niet een middeleeuws relikwie, maar een kenmerkend element van het rooms-katholicisme. Vanaf de middeleeuwen tot op de dag van vandaag.
In zijn bul omschrijft Paulus VI de aflaat als „de kwijtschelding ten overstaan van God van tijdelijke straffen voor zonden die, wat de schuld betreft, reeds vergeven werden.” Die definitie wordt woordelijk herhaald in de Catechismus van de Katholieke Kerk (1997; laatste officiële vertaling in het Nederlands 2008, red.).
Vagevuur
Wat is de gedachte hierachter? De Rooms-Katholieke Kerk is van mening dat de eeuwige straf voor de gelovige is kwijtgescholden door het sacrament van de doop. De kerk kan aan berouwvolle zondaars voor de tijdelijke straffen echter een aflaat verlenen, die gegrond is op „de verdienste van Christus en de heiligen.” Die tijdelijke straffen kunnen uitgeboet worden in een bepaalde periode van het leven of in het vagevuur. Wie een aflaat ontvangt, krijgt in wezen verkorting van de tijd die in het vagevuur moet worden doorgebracht. De aflaat bewerkt dus niet de zaligheid, maar neemt bepaalde delen (gedeeltelijke aflaat) of het geheel (volle aflaat) van de tijdelijke straffen weg.
In het leerstuk van de aflaat komen dus verscheidene onderdelen van de rooms-katholieke theologie samen: de leer van zonde, genade, het toekomende leven (vagevuur), gemeenschap der heiligen, sleutelmacht, de schat aan verdiensten waarover de kerk beschikt enzovoort.
Hoewel het een belangrijk element is voor het goed begrip van de rooms-katholieke interpretatie van het christelijk geloof, is het leerstuk van de aflaat moeilijk in overeenstemming te brengen met de Bijbelse leer.
De aflaat kwam recent opnieuw in de belangstelling toen de Apostolische Penitentiarie (het Vaticaanse gerechtshof dat zich bezighoudt met vraagstukken over de vergeving van zonden) een volle aflaat beloofde aan rooms-katholieken die deel zouden nemen aan de Wereldgezinsdagen in Milaan. De gebruikelijke voorwaarden om zo’n volle aflaat te verdienen zijn: biecht, communie en hoorbaar gebed „tot intentie van de paus.”
Pijler van de samenleving
De Wereldgezinsdagen zijn een belangrijke gebeurtenis. Het doel is de bevordering van de opvatting dat het gezin de belangrijkste pijler van de samenleving is. Dit initiatief zal een warm onthaal gevonden hebben bij eenieder die gelooft in het huwelijk als een verbintenis tussen een man en een vrouw, die bereid zijn het ouderschap op zich te nemen. In een tijd waarin het woord en het begrip ”gezin” aan allerlei verontrustende revisies onderhevig zijn, vormen de Wereldgezinsdagen goed nieuws voor alle christenen met een Bijbels gefundeerd geloof. Die vreugde wordt echter vergald door de bijkomende elementen die een niet-rooms-katholiek zal beschouwen als onnodige, on-Bijbelse praktijken.
Dit soort gemengde gevoelens maakt zich vaak meester van niet-roomse christenen zodra zij worden geconfronteerd met de praktijk van het rooms-katholicisme. Positieve indrukken worden dan tenietgedaan door opvattingen waar zij geen weg mee weten.
Wij niet-rooms-katholieken kunnen ons niet losmaken van deze tegenstrijdige gevoelens. Hoewel Rome bereid is op bepaalde punten samen te werken met mensen „van goede wil”, brengt het altijd zijn totaalvisie in, het geheel van zijn eigen regels. Nooit offert het één element van de leer op ten koste van het geheel. Het kan tijdelijk de nadruk leggen op één bepaald aspect, maar altijd zal het dit betrekken op het totaal. Het is absoluut onmogelijk dat uit het rooms-katholieke gebouw één steen wordt losgewrikt.
Wat heeft het gezin van doen met aflaten? Niets, zal een niet-rooms-katholiek zeggen. Veel, vindt een rooms-katholiek. Het draait om een andere opvatting van het begrip ”katholiek”.
De auteur is theoloog en vicevoorzitter van de Evangelische Alliantie Italië. Deze bijdrage verscheen eerder als blog op het Spaanse protestantse nieuwsforum ProtestanteDigital.