Op een dag mishandelt Kates dronken vader haar moeder, die in verwachting is. De baby overlijdt, Kates moeder ook. Door een ziekte mislukt de aardappeloogst. Kates vader vertrekt om werk te zoeken als visser. Kate en haar broers moeten nu proberen in leven te blijven en de pacht op te brengen. Als dit niet meer lukt, worden ze uitgezet en hun huisje wordt verbrand.

Samen met Kates vriend Fergus zwerven ze door het land en leiden een leven vol ontbering. „De dagen vult Kate met zoeken naar eten: mosselen, oesters, parelmos en ander zeewier. ’s Avonds zoekt ze een slaapplaats, een grot, een greppel of gewoon gras.” Nadat de drie een gewond meisje geholpen hebben, is er toch zicht op een hoopvolle toekomst.

Het verhaal is op meeslepende wijze geschreven. Het is of je naast Kate staat en alles met haar meebeleeft. De schrijfster heeft zich goed verdiept in de Ierse leefwijze van die tijd, die onder druk stond door de aanwezigheid van „Engelse overheersers.” De verhaalfiguren leven vanuit het roomse geloof: „„Laten we samen bidden”, zegt vader. „De rozenkrans.”” Helaas staan er enkele (Ierse) vloeken in het boek. Des-ondanks een prachtig verhaal voor jong en oud. En er komt een vervolg.

Boekgegevens

”Kate”, door Ineke Kraijo; uitg. Mozaïek, Zoetermeer, 2012; ISBN 978 90 239 9409 1; 333 blz.; € 14,90.