Spotzieke schelmenroman
De hoofdpersoon van de nieuwe roman van de Chileense schrijver Hernán Rivera Letelier (1950) is gebaseerd op een figuur die echt in Chili heeft bestaan.
Deze man, Domingo Zárate Vega, leefde in de negentiende eeuw in de provincie Elqui. Hij beloofde zijn moeder als een rondreizend prediker de mensen het Evangelie te verkondigen.
Letelier, die wel eens gezegd heeft dat hij is opgegroeid met een Bijbel onder zijn hoofdkussen, laat Vega in de huid kruipen van ”de christus van Elqui”, een kleurrijke zendeling die altijd en overal preekt, het liefst van hoger gelegen plekken, wonderen verricht en zieken geneest. Hij verlangt ernaar een discipel te vinden. Als hij hoort over Magalena (Maria Magdalena), die in het mijnkamp La Providencia (de voorzienigheid) verblijft, is hij niet meer te stuiten. Hij trekt door de Atacamawoestijn naar het kamp om haar over te halen hem te volgen. Magalena blijkt een prostituee en verkoopt haar lichaam aan de mijnwerkers. Tegelijkertijd is zij een heilige met een groot Mariabeeld in haar slaapkamer.
De prediker probeert Magalena over te halen hem te volgen. Hij wordt het kamp uitgezet, want de mijnwerkers willen Magalena niet kwijt. Vervolgens gaat hij op weg naar de aartsbisschop in Santiago om van hem de zegen en de toestemming tot prediken te ontvangen. Op een station voor de hoofdstad wordt hij door de politie opgepakt en in een inrichting opgesloten. Dat is jammer, want hij had gedacht een grootse intocht in Santiago te zullen maken, net als Jezus Christus op Palmpasen in Jeruzalem.
Hernán Rivera Letelier, die met deze roman de Spaanse internationale literatuurprijs Premio Alfaguara won, werkte zelf in de mijnen en is naar eigen zeggen een ingewijde in die wereld. Zijn vader was een lekenvoorganger, een reden voor de auteur zijn roman aan zijn vader op te dragen en (op de achterflap) te stellen dat „niemand anders in Chili dit verhaal kan schrijven, en niet omdat ik de beste zou zijn, maar omdat ik in mijn genen de toon bij mij draag waarop het verhaal verteld moet worden.”
De schrijver hanteert het motto dat Onze Lieve Heer niet hoeft te worden voorgesteld omdat Hij echt bij iedereen al bekend is (naar een citaat van Nicanor Parra). ”De christus van Elqui” is geen historische roman, maar een barokke, typisch Latijns-Amerikaanse schelmenroman, met een overdaad aan religieuze spot en erotiek. Bovendien is de compositie weinig zorgvuldig. Zo wordt de brief waarmee de roman begint, niet uitgewerkt en is het verhaal een rommelig labyrint van bizarre avonturen en historische fragmenten, waarin de lezer het spoor bijster raakt.
Boekgegevens
”De christus van Elqui”, door Hernán Rivera Letelier; uitg. Signatuur, Utrecht, 2012; ISBN 978 90 567 2388 0; 277 blz.; € 17,95.