In de buurt van Amerongen en het aangrenzende Rhenen staan nog ongeveer 20 originele tabaksschuren uit de 18e en 19e eeuw. Ooit stonden er wel een kleine honderd, want de plaatsen op de Utrechtse Heuvelrug waren het landelijk centrum van de tabaksteelt. Die bedrijfstak is in de jaren 60 van de vorige eeuw helemaal uit Nederland verdwenen.

Een tabaksschuur is een typisch Hollandse uitvinding, die overal elders in de wereld is nagebouwd. De schuur is ongeveer 24 meter lang en 12 meter breed, zwartgeteerd en met een pannendak dat bijna tot aan de grond loopt. Door die bouwwijze bleef het in de schuur koel en droog, zodat honderden tabaksbladeren aan rekken konden drogen. Doordat overal in de gevel luiken konden worden opengeklapt was er binnen altijd wind.

Vanwege de tabaksindustrie werden Amerongen en Rhenen ook het landelijk centrum van de wolhandel. Schapen waren namelijk zeer geschikt om de tabaksvelden te begrazen en te bemesten.

De gemeente Utrechtse Heuvelrug vindt de schuren „van groot belang voor de nationale agrarische geschiedenis.” Tot nu toe konden kopers de schuren eigenlijk alleen tot woning verbouwen. De nieuwe regels zijn veel minder streng, zodat er veel meer mogelijkheden voor de grote objecten zijn.