Gastouderopvang in familie gehalveerd
DEN HAAG – De gastouderopvang door familieleden is tussen 2010 en 2011 bijna gehalveerd. In 2010 gebeurde gastouderopvang in 47 procent van de gevallen door familieleden en in 2011 was dat percentage gedaald tot 25 procent.
Dat staat in de evaluatie van de Wet kinderopvang die minister Kamp van Sociale Zaken vrijdag naar de Tweede Kamer stuurde. De oorzaak van de daling zijn de hogere eisen die met ingang van 2010 aan gastouderopvang zijn gesteld. Zo moeten gastouders aan bepaalde opleidingseisen voldoen, onder meer op het gebied van veiligheid.
De Wet kinderopvang bestaat sinds 2005. In dat jaar verrichtten 877.000 vrouwen met kinderen tussen de 0 en 12 jaar betaald werk. In 2011 was dat aantal gestegen naar 947.000. Ruim een kwart van deze stijging is toe te schrijven aan een verhoging van de kinderopvangtoeslag.
De overheidsuitgaven voor kinderopvang zijn sinds 2005 ongeveer verdrievoudigd. Om de kosten te beperken, heeft het kabinet in 2009 besloten de toeslag te verlagen.
Minister Kamp zal de Tweede Kamer volgende week informeren over de effecten van de bezuinigingen op de arbeidsparticipatie en het gebruik van de kinderopvang.