De economie van de Verenigde Staten klimt weer uit het dal. Duitsland kende over het eerste kwartaal van 2012 een onverwachte groei van 0,5 procent. In Frankrijk was sprake van een nulgroei. Maar de Nederlandse economie liet in de eerste drie maanden een krimp zien van 1,1 procent vergeleken bij een jaar eerder en een achteruitgang van 0,2 procent ten opzichte van het laatste kwartaal van 20011.

Volgens Peter Hein van Mulligen, woordvoerder economie en arbeidsmarkt van het CBS, is vooral het contrast tussen Nederland en buurland Duitsland groot. Het belangrijkste verschil is de consumptie tussen in beide landen. „In Duitsland jaagt de consument de economie aan, in Nederland remt hij haar af.”

De voornaamste oorzaak is dat Duitsland een forse banengroei kent. Die is volgens Van Mulligen te danken aan de arbeidsmarkthervormingen die de Duitse regering het afgelopen decennium heeft doorgevoerd. Duitse consumenten hebben niet alleen meer te besteden, hun vertrouwen in de economie is ook groter. Dat vertaalt zich onder meer in stijgende huizenprijzen.

In Nederland zijn, naast een terugval van de investeringen met 4,2 procent, de achterblijvende consumentenuitgaven de belangrijkste oorzaak voor de economische malaise. Huishoudens gaven het afgelopen kwartaal 1,1 procent minder uit. De consumptie loopt al vanaf het eerste kwartaal van vorig jaar terug, zegt het CBS. Afgelopen kwartaal werden bijvoorbeeld veel minder auto’s verkocht (min 14 procent). Ook voor woninginrichting hadden de huishoudens minder geld over als gevolg van de problemen op de huizenmarkt. Wel werden voor het eerst in lange tijd meer voedingsmiddelen en kledingstukken verkocht.