Kort geding over herdenking Vorden
ZUTPHEN – „Comité en gemeente hebben geen idee van de historie en geen enkel respect. Op de site van de gemeente worden Engelse en Duitse soldaten in één adem genoemd. Daden van deze Duitse soldaten worden gebagatelliseerd.”
Dat stelde advocaat M. H. van Loonstein van het Federatief Joods Nederland (FJN) vrijdag volgens dagblad de Stentor in een kort geding dat de federatie had aangespannen tegen de gemeente Bronckhorst.
De federatie bestrijdt het besluit van het Gelderse Vorden om na de dodenherdenking vanavond ook stil te staan bij tien omgekomen Duitse soldaten. De ophef daarover heeft niet tot wijziging van het programma geleid. „Na 67 jaar is de tijd er rijp voor”, vindt het organiserende comité.
Bezoekers kunnen wel zelf kiezen of zij langs het graf van de Duitsers lopen of niet.
FJN wees op signalen dat neonazi’s naar Vorden zullen komen, zoals het feit dat de hotels zijn volgeboekt. Burgemeester H. Aalderink zei eerder deze signalen serieus te nemen.
FJN heeft honderden reacties gekregen waarin het besluit van Vorden wordt afgekeurd.
Ook het Simon Wiesenthal Centrum in Los Angeles uitte donderdag scherpe kritiek op het gemeentebestuur. Burgemeester Aalderink zegt het jammer te vinden dat het instituut zich niet heeft verdiept in wat er gebeurt en zijn uitspraken baseert op derdehands informatie. „Men papegaait elkaar na, dat vertroebelt het beeld zeer.”