Dat blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrijdag heeft bekendgemaakt.

In de eerste zes maanden van dit jaar verschaften de gemeentelijke kredietbanken voor 64 miljoen euro aan leningen. Dat is 17,9 procent meer dan in de eerste helft van 2002. De gemeentelijke banken lenen geld aan mensen die niet bij de commerciële banken terechtkunnen omdat zij in het verleden hun schulden niet konden aflossen.

Volgens voorzitter H. Dilg van de Nederlandse Vereniging van Volkskrediet, de koepel van gemeentelijke kredietbanken, werkt de economische malaise tweeledig. „Mensen kloppen bij ons aan voor direct krediet. Bovendien komen mensen vaker in problemen, waardoor ze hun kredietwaardigheid verliezen. Ze komen dan bij ons terecht.”

Behalve bij de gemeentelijke kredietbanken zoeken veel mensen soelaas bij postorderbedrijven. Deze winkels, waar tegen relatief hoge rente goederen op krediet te koop zijn, leenden in de eerste zes maanden van dit jaar 263 miljoen euro uit. Dat is 10,1 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar. „Dat zijn voor een deel ook mensen die bij de commerciële banken niet terechtkunnen voor een lening”, aldus Dilg.

Eerder werd bekend dat er door de economische teruggang en de oplopende werkloosheid een ware run is ontstaan op de schuldhulpverlening. In de eerste drie maanden van dit jaar nam het aantal gezinnen dat een beroep deed op gemeentelijke kredietbanken met 40 procent toe ten opzichte van dezelfde periode in 2002.

In totaal namen Nederlanders in de eerste zes maanden 3,1 procent meer krediet op, tot een schuld van 16,4 miljard euro. Deze relatief kleine stijging is te verklaren door het gebrekkige vertrouwen van consumenten in de economie. Hierdoor stellen zij dure aankopen uit. Dat de leningen door de gemeentelijke kredietbanken stijgen, komt doordat financieel zwakkeren geld nodig blijven houden voor hun levensonderhoud.