De stichting wil dat het bedrijf stopt met het gebruik van de naam van de hindoegod Shiva voor de verkoop van porno. Dat heeft de Stichting Werkgroep Agni gisteren aangekondigd.

Dinsdag vindt de eerste zitting plaats in de bodemprocedure die Agni tegen Shiva Entertainment heeft aangespannen. In 2001 ving de stichting bij de rechter bot in een kort geding tegen het pornobedrijf.

De rechtbankpresident oordeelde toen dat het gebruik van de naam Shiva niet in strijd is met de Handelswet. Bovendien wordt de naam niet exclusief gebruikt voor de aanduiding van de god. Er zijn diverse ondernemingen met dezelfde naam en Shiva is ook een gangbare meisjesnaam in Nederland. Bovendien is nergens uit gebleken dat het pornobedrijf met het voeren van de naam Shiva de naam van de god beoogde te gebruiken of te misbruiken, oordeelde de rechter.

Agni vertegenwoordigt naar eigen zeggen 40.000 hindoes. „Associatie van hindoegoden en symbolen uit het hindoeïsme met pornografie is volgens de zeden, gewoonten en normen en waarden van het hindoeïsme absoluut niet geoorloofd”, houdt de stichting vol. Ze spreekt ook van discriminatie en rechtsongelijkheid. Een pornobedrijf met de naam Jezus Christus of Allah zou volgens haar niet worden getolereerd.