Vanuit Nederland kan het assortiment dan met moeilijker te telen producten (specialty’s) worden aangevuld. Dat zei De Boon maandag in Aalsmeer bij de presentatie van het VGB-rapport Typisch Groothandel 2005-2011.

Volgens De Boon kiezen enkele grote ondernemingen nu al voor deze strategie. Hij noemde als voorbeeld de Dutch Flower Group (DFG) in Aalsmeer, die jaarlijks 800 miljoen euro omzet. DFG heeft kantoren gevestigd in Ecuador en Colombia van waaruit de onderneming de Noord-Amerikaanse markt met bloemen bedient.

De Boon verklaarde dat Nederland zijn zogeheten draaischijfpositie eigenlijk alleen in Europa zelf waar maakt. Cijfers uit het rapport onderstrepen dat: vorig jaar ging 97 procent van de Nederlandse bloemenexport en 99 procent van de plantenexport naar landen binnen Europa.

Duitsland spant sinds jaar en dag de kroon als belangrijkste klant. In 2011 betrokken Duitse afnemers voor bijna 1,6 miljard euro aan bloemen en planten bij Nederlandse exporteurs. Dat is 30 procent van de totale Nederlandse uitvoer.

Het Verenigd Koninkrijk staat met 744 miljoen euro (14 procent) op de tweede plaats, gevolgd door Frankrijk met 
682 miljoen euro (13 procent). De handel op Engeland staat onder druk: tussen 2005 en 2011 was sprake van een terugval met 8 procent. Nederlandse exporteurs ondervinden hier steeds meer concurrentie van Colombia en Kenia.

Ook op de snel groeiende markten in Oost-Europa komt de Nederlandse groothandel die twee landen steeds vaker tegen, terwijl Ecuador daar eveneens een groeiend marktaandeel realiseert. De Russische bloemenmarkt was in 2010 goed voor 420 miljoen euro. Ecuador en Colombia hebben daarin samen een groter aandeel dan Nederland.

Toch doet ook de Nederlandse groothandel in Rusland goede zaken. Sinds 2005 verdubbelde de uitvoer naar dit land tot 
199 miljoen euro vorig jaar. Ook de Nederlandse export naar Polen verdubbelde in de zeven jaar die het rapport beslaat tot 146 miljoen euro. Dichter bij huis is België een groeimarkt. De uitvoer naar dit land nam 
21 procent toe en kwam in 2011 uit op 227 miljoen euro.

Het aantal groothandelsbedrijven in bloemen en planten is sinds 2005 met ruim 28 procent gedaald. Door overnames en fusies nam het aantal bedrijven af van 1014 naar 729 in 2011. De gemiddelde omzet per onderneming groeide ondertussen van 4,9 naar 7,2 miljoen euro. Slechts veertig grote ondernemingen zijn samen goed voor de helft van de sierteeltexport.

De export van bloemen en planten herstelt zich geleidelijk van de crisisjaren 2008 en 2009, constateerde De Boon. Vorig jaar was de uitvoer met ruim 5,2 miljard euro ongeveer terug op het niveau van 2007. Vooral de export van potplanten is gestegen.

De VGB-voorzitter constateerde tevreden dat gespecialiseerde afnemers, zoals bloemenwinkels, cash-and-carry’s, tuincentra en importerende handelaars, nog altijd de belangrijkste afzetkanalen zijn. Supermarkten namen vorig jaar ruim 21 procent van de bloemen en planten af. Dat is 3 procentpunt meer dan in 2005.