Opinie

Wraakpsalm bede om herstel van geschonden recht

De wraakpsalmen laten zien dat God recht doet en het opneemt voor degenen die hopen op Zijn genade, betoogt ds. L. W. van der Meij.

16 April 2012 10:23Gewijzigd op 14 November 2020 20:31
”Jezus heeft alle psalmen meegezongen. Van jongs af aan. Daarom alleen al kan de christelijke gemeente ze zingen." Foto RD
”Jezus heeft alle psalmen meegezongen. Van jongs af aan. Daarom alleen al kan de christelijke gemeente ze zingen." Foto RD

Wie God bemint, krijgt de Psalmen lief. Ja, inderdaad, alle psalmen. Ze komen uiteindelijk van Hem. Van alle psalmen kun je zeggen: ze zijn uit God geboren. En ook Jezus heeft alle psalmen meegezongen. Van jongs af aan. Daarom alleen al kan de christelijke gemeente ze zingen.

Wraakpsalmen. Een begrip dat, op z’n zachtst gezegd, nogal eenzijdig is. Alsof de psalmdichter als een stuurse Jona zit te wachten op de vernietiging van zijn vijanden. Er is in de wraakpsalmen veel meer aan de hand dan roepen om wraak.

De vraag is of de christelijke gemeente anno 2012 nog wel wraakpsalmen kan zingen. Alle eeuwen door hebben mensen moeite gehad met regels als

God heeft de waap’nen aangegrepen,

tot ’s vijands wissen dood geslepen.

Hij legt de pijlen op hem aan:

wie hittig woedt, zal niet bestaan.

(Psalm 7:7, berijming 1773)

Zit de christelijke gemeente daarop te wachten? Hebben wij dat van Hem geleerd, Die aan het kruis voor de overtreders heeft gebeden? Die erop aangedrongen, ja, zelfs bevolen heeft de zonden van onze schuldenaren te vergeven?

Barmhartig

Wraak? Daar zijn we niet bij grootgebracht. Christenen weten en ervaren dat God barmhartig is. En, om het met de klassieke woorden te zeggen, dat Zijn barmhartigheid roemt tegen een welverdiend oordeel. De christelijke kerk leeft bij de gratie van de liefde van God. Zij heeft immers haar bestaan aan die liefde te danken. Haar boodschap is ervan doortrokken. Als het goed is.

Maar christenen weten ook van Gods rechtvaardigheid. „God is een rechtvaardige echter, een God Die te allen dage toornt” (Ps. 7:12). Die rechtvaardigheid kan de gelovigen zelf treffen en zij belijden dat ook met David, de dichter van Psalm 7. Zij nemen zichzelf onder handen en schuwen de zelfbeproeving niet: „Heere, mijn God, indien er onrecht in mijn handen is, indien ik kwaad vergolden heb, degene die vrede met mij had, zo vervolge de vijand mijn ziel en vertrede mijn leven ter aarde” 
(Ps. 7:4-6).

Het zijn woorden van David, die in uiterste nood een hartstochtelijk beroep doet op zijn Koning en Verlosser. Wiens eer in het geding is wanneer Zijn volk tevergeefs op Zijn hulp zou wachten. De wereld zou zich verblijden wanneer hun Koning het zou laten afweten. En daarom: „Laat toch de boosheid van de goddelozen een einde nemen, maar bevestig de rechtvaardigen, Gij Die harten en nieren beproeft, o rechtvaardige God!” (Psalm 7:10). Rechtvaardigheid is het fundament van het leven.

Er is een wraakzucht die de compagnon is van de haat. Een wrede vorm van zelfhandhaving die in kerk en wereld haar duizenden verslaat. Ten koste van het welzijn en zelfs het leven van de naaste, met Lamechs wraak als dieptepunt. Maar bij de psalmdichters ligt dat anders. Zij schreeuwen in 
de uiterste nood tot hun God, hun 
Schild en Schuilplaats. Dan roept alles om Zijn ingrijpen en het zegevieren van het recht. Gods wraak is het herstel van het geschonden recht, aldus H. G. L. Peels. Zo kan ik mij voorstellen dat voor christenen in landen als Egypte, Iran en Irak deze psalmen heel bijzonder aanspreken. En ook voor christenen die in het vrije Westen met hun geestelijke doodsvijanden te kampen hebben. Er is een God die na veel geduld en nodigingen om Zijn Gezalfde te kussen (Psalm 2:2) ten langen leste de wapens opneemt. De Heer zal opstaan tot de strijd. En er komt uiteindelijk een jongste dag. Wie zou Hem dat kwalijk kunnen nemen? God is een Koning en een Rechter Die het voor Zijn recht en volk opneemt. Zijn duur gekochte onderdanen met wie Hij een verbond heeft.

Kus van het recht

God kiest voor het recht en Zijn Kerk. Koste wat het kost. Het is God Die zelfs Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven. Ja, de straf die ons de vrede aanbrengt was op Hem. De vrede met een kus van het recht gegroet.

Deze God hebben de christenen lief. Zij hebben Hem lief in Zijn recht dat ook hen dodelijk had moeten treffen. En in de genade die hen, op basis van rechtvaardigheid, is en wordt bewezen.

Daarom eindigt de zevende psalm met deze woorden:

Ik zal het eeuwig Wezen prijzen,

Zijn recht de schuldig’ eer bewijzen

en zingen ’s Allerhoogsten lof

met psalmen tot in ’t hemelhof.

Een loflied als bekroning en hoogtepunt van een wraakpsalm. Daarom moeten wij toch nog eens nadenken over de uitdrukking ”wraakpsalm”. Maar eerst gaan wij ze zingen.

De auteur is christelijk gereformeerd predikant te Driebergen. Dit artikel is een iets verkorte weergave van zijn toespraak zaterdag op het RD-symposium over onbekende psalmen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer