In zijn wekelijkse peiling veranderde in het zeteltal van de politieke partijen helemaal niets. Wel wordt duidelijk dat de PVV-achterban de grootste moeite heeft met een verhoging van het risico in de zorg met 25 procent en een accijnsverhoging op benzine.

Dat laatste is iets wat ook de meeste VVD’ers en CDA’ers absoluut niet willen. Ze vinden het net als de PVV’ers erger dan 1 miljard euro korten op onderwijs. Zo’n maatregel is onder alle kiezers tezamen gemeten wel de minst populaire maatregel.

Een korting van 1 miljard op ontwikkelingssamenwerking is bij PVV’ers en VVD’ers totaal niet omstreden, bij CDA’ers nog wel, maar die hebben daarmee toch nog fors minder problemen dan de achterban van de oppositiepartijen. Ook het beperken van de renteaftrek bij aflossingsvrije hypotheken lijkt weinig omstreden. Nog minder moeite hebben kiezers er mee om nog eens 200 miljoen te snijden in de publieke omroep, de JSF niet te kopen en de winstbelasting voor bedrijven te verhogen.

Het sneller verhogen van de pensioenleeftijd is een probleem voor 1 op de drie PVV’ers maar veel minder bij VVD en CDA. Alle kiezers tezamen hebben de minste problemen met een salarisverlaging van 5 procent voor politici.

PVV-leider Geert Wilders heeft onder zijn achterban de minste steun voor harde bezuinigingen. Bijna de helft van zijn kiezers vindt dat hij niet moet instemmen met een pakket waarin voor 10 miljard wordt bezuinigd op onder meer de hypotheekrenteaftrek, uitkeringen en salarissen worden bevroren, de btw omhoog gaat, net als het eigen risico in de zorg.

De peiling van De Hond wordt via internet gehouden onder tenminste 2500 mensen, uit een steekproef onder ruim 40.000 personen die zich ooit voor zijn panel hebben aangemeld.