Cultuur & boeken

Friedrich Hölderlin projecteert zijn verlangen op vervlogen, mythische tijd

Friedrich Hölderlin dichtte volgens uiterst strakke metrische schema’s. Zijn poëzie vertalen is dan ook geen sinecure. Vertaler Ad den Besten leverde met ”Gedichten, Friedrich Hölderlin” een knappe prestatie.

Dr. Hans Esther

22 March 2012 11:59Gewijzigd op 14 November 2020 20:04

In 1988 publiceerde de dichter Ad den Besten zijn vertaling van gedichten van de Duitse dichter Friedrich Hölderlin (1770-1843). Deze vertaling is nu opgenomen in de Perpetuareeks van uitgeverij Athenaeum, waarin honderd klassiekers uit de wereldliteratuur verschijnen. Dat is opmerkelijk, omdat Hölderlin moeilijk toegankelijk is en bovendien zo veel hartstochtelijke verhevenheid aan zijn dichtregels verleent dat zijn gedichten uit een ver verleden lijken te komen.

Friedrich Hölderlins vader was predikant in Zwaben, zijn moeder was afkomstig uit een piëtistisch milieu. Zoals vaker met domineeskinderen gebeurt, trad hij in de voetsporen van zijn vader. De jonge Hölderlin studeerde vanaf 1788 theologie aan het befaamde Tübinger Stift, dat in 1536 was gesticht om een protestantse elite te kweken. Het ”stift” werd inderdaad een intellectuele kweekvijver door de combinatie van godgeleerdheid, filosofie en kennis van de muziek. Friedrich Hölderlin verkoos echter het dichterschap boven de pastorie en verdiende zijn dagelijks brood als huisleraar in het gezin van bankier Gontard.

Gelukkig was Hölderlin niet. Zijn voelen en denken stonden haaks op zijn eigen tijd. Hij verlangde vurig terug naar de jaren waarin het goddelijke en het menselijke nog verenigd waren en projecteerde zijn verlangen op een vervlogen, mythische tijd. In Hölderlins visioen was die vroegere tijd het oude Griekenland, waar harmonie en schoonheid het leven bepaalden. Hölderlins verlangen doet zeer romantisch aan, maar het bevatte niet de terugkeer naar de gefantaseerde middeleeuwen zoals bij de dichters Novalis en Wackenroder.

In 1802 verbleef Hölderlin enkele maanden in Frankrijk, maar keerde verwaarloosd en verwilderd naar Zwaben terug. Na een verblijf in een gesticht werd de waanzinnig geworden Hölderlin door meubelmaker Zimmer in zijn huis in Tübingen opgenomen, waar de dichter tot aan zijn overlijden in 1843 veertig jaar zou verblijven. Hij woonde er in een ruimte die later de Hölderlintoren genoemd.

Wie Tübingen bezoekt en via de brug het eiland in de Neckar betreedt, ziet aan de overkant van de rivier de toren van Hölderlin.

Hölderlin maakte de Grieken niet alleen tot onderwerp van zijn dichtkunst, hij eigende zich ook hun dichtvormen toe, in het bijzonder de verschillende vormen van de ode, alsmede de elegie en de hymne. De uiterst strakke metrische schema’s van de Grieken zien we bij Hölderlin terug. Hij wist precies wat een hexameter was. De hexameter is de versvorm van de ”Ilias” en de ”Odyssee” van Homerus. Deze zesvoetsmaat, met zes versvoeten in iedere versregel, had beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen. Maar hier heerste een bepaalde mate van vrijheid en kon de dichter het aantal onbeklemtoonde lettergrepen variëren.

Hölderlin hield zich aan wat hij bij de Grieken vond. Op zijn beurt moest Ad den Besten de versvormen van Hölderlin respecteren. Uit de kleine aanduiding hierboven is hopelijk al duidelijk geworden dat een dergelijk vertaalwerk geen sinecure was. Ik geef als voorbeeld van Den Bestens kunnen de volgende ode:

Vroeger en nu

In vroeger dagen was ik des ochtends blij,

des avonds treurd’ ik, thans, nu ik ouder ben,

begin ik twijf’lend aan mijn dag, maar

heilig en helder is mij zijn einde.

Een ander voorbeeld is de volgende, op de door de dichter Alkaios geschapen vorm van de ode:

De lente

Als ’t aanschijn van de aarde zich weer verjongt,

nieuw leven op de velden ontkiemt en om

de bergen, waar ’t geboomte groen wordt,

helderder luchten en wolken weven –

o! welk een vreugde hebben de mensen! Blij

gaan langs de oevers eenzamen; rust en lust

en stralende gezondheid bloeit en

vriendelijk lachen is ook niet verre.

Je moet deze oden hardop lezen om te beseffen hoe knap ze zijn vertaald. Wie deze hoogdravende gedichten hoort, zal zich minder verbazen dan iemand die ze stil leest. Griekenland domineert bij Hölderlin, de christelijke erfenis van het Tübingen Stift liet hij duidelijk achter zich. Ook daarin verschilt hij van de romantici van zijn tijd.


Boekgegevens

”Gedichten”, door Friedrich Hölderlin, vert. Ad den Besten; uitg. Athenaeum–Polak & van Gennep, Amsterdam, 2011; ISBN 978 90 253 6914 9; 258 blz.; € 24,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer