Tips voor ouders van strijdende pubers
Onze vijf kinderen (onder wie twee pubers) zijn erg verschillend wat betreft karakter en interesses. Wij zijn er als ouders altijd op gespitst om de nodige aandacht te geven, maar vinden dat heel lastig. De kinderen kunnen elkaar moeilijk verdragen, omdat ze geen interesse in elkaar hebben en zich niet in elkaar verplaatsen.
Pubers zijn doorgaans erg met zichzelf bezig en vragen zich af wie ze zijn en hoe ze zich moeten gedragen. Hun gevoelens kunnen erg overhoop liggen.
In de puberteit kan het begrip voor anderen behoorlijk ver te zoeken zijn. Zeker als dingen wat tegenzitten, kan onredelijkheid toeslaan. Pubers denken dat alles om hén draait en zijn helemaal niet bezig met de vraag hoe hun gedrag eventueel overkomt bij anderen. Zijn er in een gezin twee pubers, dan kan het behoorlijk lastig zijn om de sfeer goed te houden.
De vragensteller geeft aan dat er sowieso weinig gedeeld wordt qua interesses. Wat de een leuk vindt, is voor de ander helemaal niet boeiend. Ouders zien zo graag dat het gezellig is, dat er onderlinge belangstelling is en dat er dingen samen worden gedaan. Maar het lijkt er soms op dat ze elkaar bijna haten.
Ondoenlijk
Het valt me op dat ouders het heel goed willen doen en ieder kind voldoende aandacht willen geven. Dat is inderdaad belangrijk om te doen. Uit de wijze waarop de vraag geformuleerd is, lijkt het echter of ouders willen compenseren wat kinderen onderling tekortkomen.
Het blijkt ondoenlijk om het gebrek aan onderlinge band te vereffenen met aandacht van ouders. De vraagsteller schrijft dat het op eieren lopen is. Als een kind naar diens idee net iets minder aandacht gekregen heeft dan broer of zus, is dat een nieuwe bron van conflict. Dus ook met het zo goed mogelijk aandacht geven, houden ouders de kinderen niet goed bij elkaar.
Grenzen stellen
Om uit de negatieve spiraal te komen, is het belangrijk dat ouders grenzen stellen. De kinderen doen nu maar wat hun het beste uitkomt. Ze zijn eigengereid en hebben van alles op elkaar aan te merken. Wat zij nodig hebben, is duidelijke leiding van ouders in wat wel en niet is toegestaan in het omgaan met elkaar.
Ouders kunnen heel concreet grenzen stellen in taalgebruik, in het elkaar uit laten spreken, in het elkaar niet kleineren. Als een van de kinderen zich hier niet aan houdt, moet diegene maar een tijdje apart op zijn kamer gaan zitten. Op een later tijdstip kan erover doorgepraat worden. Zo, in een een-op-eensituatie, kunnen ouders bespreken dat het niet fijn is als je bijvoorbeeld scheldt. Ouders kunnen vragen hoe het voelt als je gekleineerd of gepasseerd wordt, zodat hij zich achteraf hopelijk realiseert wat zijn gedrag met anderen doet. Hopelijk leert hij zich hierdoor in de ander te verplaatsen.
Na het bespreken van wat wel en niet acceptabel is, is misschien het maximale al bereikt. Want een puber houdt doorgaans niet van dit soort ‘preken’. Als er nog ruimte is, kunnen ouders misschien ook praten over hoe hij het graag thuis wil zien. Vaak vinden kinderen het diep in hun hart ook helemaal niet leuk dat er zo weinig persoonlijk contact is.
Niet meeregeren
De ouders doen hun best om elk kind evenveel aandacht te geven, maar krijgen hierop commentaar. Ook hierin is het belangrijk dat er een duidelijke hiërarchie is. Ouders zijn ouders en kinderen zijn kinderen. Kinderen hoeven niet met ouders te gaan meeregeren, maar moeten zich neerleggen bij de ouderlijke leiding.
Vaak zie je dat als kinderen zich erg gaan bemoeien met elkaar en met hun ouders, er duidelijke leiding ontbreekt. Hier valt dus wat te winnen door duidelijker de touwtjes in handen te nemen. Dit altijd in combinatie met het laten blijken van onvoorwaardelijke liefde. Want als de vraag nog openstaat of ouders wel echt onvoorwaardelijk van hen houden, zullen kinderen eerder wedijveren om aandacht. Over hoe kinderen van de liefde van ouders overtuigd kunnen raken, is meer te lezen in ”De 5 talen van de liefde van kinderen” van Gary Chapman.
Positief
Behalve het niet langer accepteren van bepaald gedrag, is het belangrijk om aandacht voor positieve dingen te hebben. Er zijn in een gezin namelijk ook altijd dingen die goed gaan. Bijvoorbeeld toch een keer een vraag van een kind over hoe het ging op school of op het werk. Of iemand die een handje meehelpt. Als ouders elke dag elk kind één complimentje zouden hebben, kon dat voor de sfeer al verschil maken.
Als er weinig gemeenschappelijke activiteiten met het hele gezin te vinden zijn, kan er wellicht in kleiner verband iets ondernomen worden. Vader of moeder met twee kinderen op stap bijvoorbeeld. Of met zijn drieën een spelletje. Of wel samen op stap gaan, maar nog geheimhouden wat het plan is. Dat voorkomt gezeur vooraf. Meerdere verrassingselementen kunnen meehelpen om het uitstapje te laten slagen. Maar alles staat of valt met de gezamenlijke inzet. Eén nukkig kind kan de sfeer verzieken.
Soms verbetert thuis de sfeer door iets extra’s te doen, bijvoorbeeld samen toastjes te eten en zodoende een gezinsmoment creëren.
Aanwezige ouders
Duidelijk zal zijn geworden dat het tijd en wijsheid kost om snel aangebrande kinderen te managen. Zeker in een gezin met tieners is het belangrijk dat ouders er zíjn. Een gezin met oudere kinderen vraagt ’s avonds meer van ouders dan een jonger gezin. Wellicht moeten er zaken geschrapt worden om meer thuis te zijn. Wellicht kunnen de taken anders verdeeld worden en kunnen kinderen gewoon meehelpen met de vaat opruimen, zuigen et cetera, zodat het werk niet alleen op de ouders terechtkomt en er meer tijd en aandacht beschikbaar komt voor het onderlinge contact.
Als de sfeer al langere tijd niet goed is, kan het goed zijn om gebruik te maken van opvoedingsondersteuning door iemand die meekijkt en meedenkt in de concrete situatie van het gezin. Die ziet welke interacties er plaatsvinden en welke patronen te herkennen zijn en die concrete adviezen geeft.
Opvoeden is hard werken. Strijden zelfs. Het gaat niet vanzelf. Wij kunnen het ook niet in eigen kracht. Ons ontbreekt zo vaak wijsheid. Maar daarmee mogen we naar God in de hemel, Die gevraagd wil worden om wijsheid (Jak. 1:5).
Wilt u reageren of hebt u vragen over opvoeding? Leg ze (anoniem) voor aan psychologe drs. Sarina Brons. Dat kan door de situatie en de (gezins)omstandigheden, liefst uitvoerig, te mailen naar: wijs@refdag.nl of te sturen naar: RD, t.a.v. redactie Wijs, Postbus 670, 7300 AR Apeldoorn.
Tips
Zorg voor duidelijke leiding in het gezin en stel grenzen.
Laat onvoorwaardelijke liefde blijken aan de kinderen.
Sluit hierin zo goed mogelijk aan bij het individuele kind.
Leg in een persoonlijk contact uit waarom het belangrijk is om rekening met elkaar te houden.
Benoem wat er goed gaat en laat hierover blijdschap merken.
Zorg voor voldoende tijd in het gezin.
Zorg voor voldoende energie door zelf ook bij te tanken.
Bid en werk.