„De kinderen kunnen hun energie kwijt”
Camping: ’t Beloofde Land, Voorthuizen, evangelische camping, 200 standplaatsen.
Kampeerders: Tino en Mieke Keesenberg en hun zonen Martijn (8) en Reinier (5) uit Hoofddorp.
Waarom deze camping: Mieke: „Het net alsof je hier woont. Je voelt je hier meteen thuis. De jongens hebben het naar hun zin. Ze zijn de hele dag bezig. Onze zoon Martijn heeft een aan autisme verwante stoornis. Dat houdt onder meer in dat hij heel snel van slag is. Als hij bijvoorbeeld modder aan zijn knie heeft, kan hij helemaal overstuur zijn. Op dit moment gaat het beter. Hier op de camping speelt hij lekker met andere kinderen. Hij wordt geaccepteerd. In Hoofddorp weten de kinderen zijn achtergrond. Dat is toch anders.” Tino: „Eerder stonden we ook op andere, niet-christelijke campings. Daar waren we het niet altijd eens met het kinderprogramma. Dan keken de kinderen bijvoorbeeld naar een of andere vage film met geweld. Dat willen we niet.
In vergelijking met andere christelijke campings heerst hier een lossere, spontanere sfeer. De bindende factor is dat iedereen in God gelooft. Hier komen mensen uit allerlei verschillende kerken. Je ziet strakke topjes, maar ook vrouwen in rokken. Iemand vroeg hoe het kan dat mensen uit verschillende kerken toch met elkaar op kunnen schieten. Dan zeg ik: Theologische kwesties zijn niet belangrijk op vakantie. Het is gewoon heel gezellig. Niks moet.”
Hoe lang blijven jullie op de camping: Mieke: „Twee weken. In de meivakantie waren we hier ook. En in de herfst willen we weer naar ’t Beloofde Land. Wij hebben tegen elkaar gezegd: We blijven hier de komende jaren met onze jongens. Voor kinderen is hier van alles te doen, van de kleinsten tot de oudere jeugd. En er is geen disco.”
Uitrusting: Caravan van het merk Fendt, een voortent en een luifel van tentdoek. Martijn slaapt in een tent naast de caravan.
Kosten: 312 euro voor een standplaats van twee weken, per week ongeveer 100 euro voor boodschappen. Tino: „Je kunt het natuurlijk zo gek maken als je zelf wilt. We kopen deze weken wel wat extra dingen. Cornflakes bijvoorbeeld. Thuis is er geen snoep, hier wel.” Mieke: „We zijn naar de Apenheul geweest. Dat is heel duur. Meestal blijven we gewoon op de camping.” Tino: „Gisteren was er een kabouterspeurtocht in Garderen. Dat kostte maar 1,50 euro per persoon.”
Voordelen van kamperen: Tino: „De lage kosten. De caravan hebben we van mijn ouders gekregen. En mijn schoonouders hebben een stalling.” Mieke: „Voordeel is ook de vrijheid. Je zit hier lekker in de natuur. Voor kinderen is een caravan of een tent avontuurlijker dan een huisje.” Tino: „Onze kinderen zijn best wel druk. Hier kunnen ze hun energie kwijt. Bij het fietsen, op de trampoline. Of in een kinderdienst, dat is een soort zondagsschool. De kinderen maken daar bijvoorbeeld een werkje.”
Nadelen: Mieke: „Het is niet leuk als het twee weken regent. In de meivakantie hadden we veel regen. Toen zijn we naar het vliegtuigmuseum in Soesterberg geweest.” Tino: „In een caravan heb je sneller problemen met vocht. Daar moet je op bedacht zijn.”
Wat te doen bij dagenlang regen: Tino: „We kunnen naar de kantine of naar een overdekt zwembad. Of we gaan spelletjes doen. Het regent meestal niet lange tijd aan één stuk door. Er blijven genoeg mooie momenten over.”
Kamperen is tobben: Tino: „Nee. Dat valt bij ons wel mee. Wij zijn allebei netjes en houden de zaken graag op orde. Je moet er geen rommel van maken.” Mieke: „Of je moet van rommel houden. Hier op de camping zijn een wasmachine en een droger. Daar maak ik gebruik van. Ik ga onze kleren niet met de hand wassen.”
Wat zou u doen als er geen camping zou zijn: Tino: „Vakantie vieren in een huisje in Nederland. Wat we in ieder geval niet willen: een vliegvakantie naar de kust van Spanje. Dat lijkt me pas echt tobben.” Mieke: „Ik zou een lange autorit naar Frankrijk ook niet zien zitten. Ruzie op de achterbank. En als je op de plaats van bestemming bent, is het te warm om iets te kunnen doen.”
Leukste campingervaring: Mieke: „Ik heb niet echts iets speciaals. Het klinkt wat kwijlerig, maar het is hier echt één grote familie. Neem het zingen met elkaar in de grote tent. Nummers uit de opwekkingsbundel, maar ook andere liederen. Dat vind ik mooi.”