„In Nederland is dat verreweg het beste geregeld”, zegt Marleen Buitendijk van de nautische belangenvereniging voor de binnenvaart Koninklijke Schuttevaer.

De sector heeft last van de winter, „maar het is niet zo dat de situatie zo extreem is dat zich hier een volgend drama voor de binnenvaart aandient”, aldus Buitendijk. „Wij hebben niet de indruk dat er op grote schaal lading weglekt naar het spoor of het wegtransport.”

Buitendijk prijst Rijkswaterstaat, die met de inzet van ijsbrekers hard werkt om de belangrijke binnenlandse vaarroutes open te houden en de Nederlandse schippers voorziet van actuele ijsinformatie. Schuttevaer communiceert erover onder meer via Twitter met haar achterban.

Ondanks de inspanningen van Rijkswaterstaat zijn er in Nederland belemmeringen. Zo zijn de Brabantse kanalen slecht bevaarbaar. Wegens de ijsvorming in het IJsselmeer worden schepen daar begeleid door ijsbrekers.

Knelpunten zijn er vooral in het buitenland, en omdat de Nederlandse binnenvaartsector vanwege de zeehavens Rotterdam en Amsterdam sterk internationaal georiënteerd is, levert dat problemen op. Zo zijn de Moezel en een deel van de Donau dicht. Ook vrijwel het hele kanalenstelsel in Duitsland is gestremd. „Gelukkig is de Rijn, de belangrijkste vaarroute naar het Europees achterland, goed bevaarbaar.”

„De strenge vorst heeft impact op de Nederlandse binnenvaart, maar de beperkingen als gevolg daarvan vormen een normaal bedrijfsrisico”, aldus Buitendijk.