Skigym: spieren oefenen waarvan je het bestaan niet wist
Het hele jaar achter je bureau zitten en dan opeens een week actief zijn in de sneeuw. Dat is vragen om problemen. Maar hoe moet het dan wel?
Tien vrouwen en mannen rennen rondjes door het gymlokaal van sporthal De Drie Maenen in Ouderkerk aan den IJssel. Hun gymdocent, Cors Boudesteijn (68), roept regelmatig dat ze het allemaal geweldig doen. Hij kijkt op z’n stopwatch. Nog twee minuten te gaan. Er wordt gezucht. Hoewel het volgens de renners al een stuk beter gaat dan enkele weken geleden. Toen haalden ze de drie minuten nog niet. Nu gaan ze tot de vijf.
Conditietraining is een van de pijlers waarop de cursus skigym van gymnastiekvereniging OKK –Oefening Kweekt Kracht– is gebaseerd. Boudesteijn: „Het is logisch dat het sneller misgaat wanneer je geen conditie hebt opgebouwd en dan opeens dagen op de ski’s staat. Dan gaat je lichaam protesteren. Spierpijn is dan nog het minst erge.”
Tijdens de skigym oefent de groep spieren die ook tijdens het skiën worden gebruikt, met name die in de bovenbenen. Boudesteijn: „Tijdens het skiën moet eigenlijk je hele lijf in goede conditie zijn. Wanneer je alleen sterke benen hebt en je buikspieren zijn niet stevig, dan zak je nog in.”
Veel oefeningen worden uitgevoerd om de coördinatie te verbeteren. „Val je tijdens het skiën, dan raakt je lichaam gedesoriënteerd. Maar hoe vaker je een koprol oefent, hoe sneller je lijf zich aanpast.”
Als cooling down na het rennen doet de groep nog wat rek- en strekoefeningen. Staand je tenen aantikken, met je hand plat de grond aanraken, met je armen zwaaien. Het zijn allemaal bewegingen die de lenigheid van het lichaam moeten verbeteren. Ook zittend blijk je nog heel wat spieren tot leven te kunnen wekken: benen omhoog, je rug hol, je rug bol. Er wordt zo af en toe luidruchtig gekreund, maar de groep doet braaf na wat Boudesteijn voordoet.
De gymdocent heeft zijn leven lang geturnd. „Op hoog niveau.” Ook skiën was zijn passie, maar dat doet hij sinds enkele jaren niet meer. Samen met zijn vrouw langlauft hij nu. „Daar wordt in de skiwereld soms wat schamper over gedaan. Onterecht, vind ik. Voor langlaufen heb je heel wat meer uithoudingsvermogen nodig dan voor skiën.”
De mannen van de groep helpen wat banken in de zaal neer te zetten. Steeds twee naast elkaar, met een ruimte van zo’n 50 centimeter ertussen. De groep hupt even later door het lokaal. Met een voet op de ene, de tweede voet op de andere bank. Als de banken verder uit elkaar komen te staan en zelfs gaan verspringen, klinkt het hartgrondig: „Dit ga ik morgen voelen.”
Op de bank aan de kant zit Greet Scholte. Ze is geopereerd en kan twee weken niet meedoen met de oefeningen. Samen met haar man had de vijftiger zich in oktober voor de skigym opgegeven. „Je merkt toch dat je in de loop van de jaren minder soepel wordt. Vooral mijn man, die elke dag op kantoor werkt, vond het een goed idee wat aan de conditie te gaan doen. Eind februari hopen we naar Steinach in Oostenrijk te gaan. En ik geloof echt dat de conditie die ik nu heb opgebouwd, gaat helpen. Het heerlijke van skiën vind ik dat je lekker buiten bezig bent. En de omgeving is zo mooi.”
De banken zijn inmiddels aan het klimrek gehangen. Met een mat erover is er een heuse skihelling gecreëerd. Boudesteijn doet voor hoe je het beste met lange latten van onder naar boven klimt. Met de benen schuin naar buiten en alsof ze stokken in de hand hebben, klimmen de deelnemers even later de helling op. Naar beneden lijkt het alsof de groep kleine bochtjes door de sneeuw trekt. De benen parallel aan elkaar. ”Wedelen” wordt dat ook wel genoemd. Boudesteijn: „Belangrijk is hierbij dat je romp naar het dal wijst en je zitvlak recht boven je voeten blijft.”
Ingrid Burger is blij dat ze tijdens de skigym haar eigen tempo kan aanhouden. „Zeker in het begin vond ik sommige oefeningen best een beetje eng.” Nu is ze zo enthousiast dat ze heeft besloten te blijven bij de groep die na de winter met elkaar blijft doortrainen. Burger heeft astma. Ze heeft sinds ze meesport duidelijk meer lucht. „Ook de arts heeft dat geconcludeerd. Ik ben van een longinhoud van 79 naar 85 procent gegaan. Enkele weken geleden heb ik al geskied. En echt, dit is het eerste jaar dat ik geen last van spierpijn heb gehad. Ook wel leuk: mijn skileraar zei dat ik erg was vooruitgegaan in mijn bochtentechniek.”
Meer korte sneeuwtrips
Deze winter zullen zo’n 1 miljoen Nederlanders op wintersportvakantie gaan, verwacht de ANWB. Dit aantal is gelijk aan vorig jaar. Oostenrijk blijft voor Nederlanders dé wintersportbestemming. Duitsland zal dit jaar meer Nederlandse wintersporters ontvangen dan Frankrijk. Dat komt vooral doordat meer wintersporters kort naar de sneeuw gaan. En daar profiteert Duitsland van. De kerstvakantie is populair om te gaan wintersporten, maar het merendeel van de wintersporters wacht tot na het nieuwe jaar. Er zullen er dus ook nog veel op pad gaan.