Ledlampen
Ledlampjes zijn onder andere bekend van fietsverlichting. Een achterlampje kan heel lang blijven branden op één batterij. Steeds meer gemeenten verlichten de straten met behulp van ledlampen, omdat die zo weinig stroom gebruiken. Led is een afkorting van ”light emitting diode”. Gloeilampen en halogeenlampen produceren licht door verhitting van een gloeidraad. Daarbij wordt slechts 10 procent van de totale energie omgezet in licht, de rest wordt afge- geven als warmte aan de omgeving. Bij een spaarlamp of tl-buis wordt 35 procent van de energie omgezet in licht, bij een ledlamp is dit 50 procent.
De Consumentenbond adviseerde in 2010 tijdens een vergelijkingstest tussen gloeilamp, spaarlamp en ledlamp nog even niet over te schakelen op ledverlichting, maar het bij de spaarlamp te houden. Voornaamste reden was dat de ledlamp nog relatief duur is in aanschaf en nogal wat kinderziektes heeft. De Consumentenbond gaf ook aan dat bij de meeste ledlampen op de verpakking schromelijk wordt overdreven hoeveel lumen of welke lichtsterkte de lamp produceert. Bij de ledlamp van Philips was dit volgens de Consumentenbond niet het geval. Vorig jaar kwam dit product als beste uit een vergelijkingstest tussen vier verschillende ledlampen.
Anno 2012 kan overschakelen naar led best, mits er wordt gekozen voor kwaliteit. Ook hier geldt: goedkoop is duurkoop.
