De eerste zes maanden van 2003 is 164 miljoen ton goederen overgeslagen, bijna 3 procent meer dan in de eerste helft van 2002.

Opvallend is de stijging van de containeroverslag, jarenlang een zorgenkindje. „Sinds een jaar wordt daar extra hard aan getrokken en dat werpt vruchten af. Extra aandacht is er ook voor de behandeling van olieproducten, conventioneel stukgoed en de logistiek van chemische producten”, aldus W. Scholten, algemeen directeur van het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam.

Scholten is tevreden. „Dit is al het derde semester op rij dat de haven goed presteert in combinatie met een matige economie.” Zijn verklaring hiervoor: „Onze overslag en productie steunen sterk op de basisindustrie, zoals de chemie, raffinage, staalfabrieken en kolencentrales. Die zijn redelijk tot goed blijven draaien”.

Rotterdam beleefde verder bijvoorbeeld een van de beste semesters sinds jaren in de aanvoer van ruwe olie. Nadat er in 2002 wegens de hoge olieprijzen weinig werd ingekocht, worden de voorraden dit jaar aangevuld. De afvoer van ruwe olie en aardolieproducten daarentegen is beduidend minder.

Wel steeg de overslag van het zogenoemde overig nat massagoed, met vooral basischemicaliën, met ruim 7 procent tot 12,8 miljoen ton. Ook in de stukgoedsector ging het voorspoedig, getuige de toename van 4 miljoen ton in 2002 tot 44 miljoen ton dit jaar. Drijvende krachten daarachter zijn het Verre Oosten en de handel binnen Europa. Ook het overig stukgoed -fruit, hout en metalen- zit in de lift en is volgens het havenbedrijf weer terug naar het niveau van 2001.

„Wij zijn top en kunnen dat blijven”, stelde Scholten, die hoopt op een eindejaarsrecord. „De havens zijn de noodzakelijke schakelpunten en de beste plaats om van vaak nieuwe stromen te profiteren. Nederland heeft daarvoor een uitstekende uitgangspositie, nog steeds de beste van Europa.”