De Jager wees erop dat hij zich in het vorige kabinet als staatssecretaris van Financiën heeft ingezet om de zuinige auto te stimuleren. Zulke auto’s leveren een voordeel op aan de pomp omdat ze zuinig zijn en zijn voordelig omdat de overheid de aanschaf stimuleert, aldus de bewindsman.

Minister Maxime Verhagen (Economische Zaken) noemde de hoge prijs voor brandstof vervelend, maar hij kan er niets tegen doen. Uit onderzoek is gebleken dat er geen sprake is van ongeoorloofde prijsafspraken in de branche. De kale benzineprijs is vergelijkbaar met die in andere landen.

Het verlagen van de accijns op benzine kan volgens Verhagen niet aan de orde zijn. Dat zou betekenen dat op andere onderdelen meer belasting geheven moet worden en daar wil Verhagen niet aan.

Ook premier Mark Rutte heeft de hoge prijs aan de pomp gemerkt. „Ik rij ook auto”, zei hij na zijn wekelijkse persconferentie. Afgelopen zondag nog gooide hem vol, waarmee hij „Jan Kees goed gespekt” heeft. Maar ook Rutte ziet niets in het verlagen van de accijns.

„Dat zou betekenen dat je andere belastingen moet verhogen. Anders lukt het niet om de staatsschuld onder controle te krijgen.” Rutte vindt niet dat we gaten moeten slaan in de overheidsbegroting. „Want die zijn we juist aan het dichten.”

In Nederland hebben we te maken met een belastingmix uit verschillende bronnen, zei de premier. „Keuzes gemaakt in het verleden die je niet zomaar kan veranderen.”