Weer zelfverbranding monnik in China
PEKING (ANP/AFP) – Opnieuw heeft in China een Tibetaanse monnik zichzelf in brand gestoken. Dat meldde het Chinese staatspersbureau Xinhua maandag. Het is al de 15e keer in minder dan een jaar tijd dat een monnik tot zo’n wanhoopsdaad overgaat.
De 40-jarige Nyage Sonamdrugyu stak zichzelf zondagochtend in brand in de westelijke provincie Qinghai. Het was voor het eerst dat in deze provincie een zelfverbranding plaatshad. De meeste van dit soort zelfmoorden gebeuren in de provincie Sichuan, waar veel Tibetanen wonen.
In Sichuan staken vrijdag twee voormalige monniken zichzelf in brand. Een van hen kwam om het leven, de ander werd opgenomen in het ziekenhuis. In maart was daar ook de eerste zelfverbranding. Een monnik van het klooster Kirti in Aba (Ngaba in het Tibetaans) deed dat uit protest tegen de gebrekkige religieuze vrijheid in China.
China heeft de zelfverbrandingen veroordeeld. Volgens Peking zijn deze tegen de regels van het boeddhisme en wakkeren de Tibetanen in ballingschap de acties aan. Tibetaanse groepen stellen echter dat de monniken wanhopig zijn door het onderdrukkende beleid van China. De dalai lama, de geestelijk leider van de Tibetanen is geen voorstander van de zelfverbrandingen. Hij stelt echter wel dat de Tibetanen kampen met een „culturele genocide” door de Chinezen, die leidt tot het verzet.
China lijfde Tibet 60 jaar geleden in bij de Volksrepubliek. Klachten over discriminatie en onderdrukking van Tibetanen worden door Peking altijd van de hand gewezen. De communisten stellen dat zij voorspoed brengen, onder meer door Chinees onderwijs en door werkgelegenheidsprojecten.
De Tibetanen vinden echter dat zij hoe langer hoe minder zichzelf kunnen zijn. Dat komt onder meer doordat Peking veel Han-Chinezen naar de Tibetaanse regio stuurt.