Het kasboek wordt een kliederboel
Droom: een knappend haardvuur in de woonkamer. Prijs: te hoog om zomaar even te betalen. Idee: inkomsten en uitgaven op een rij zetten, om te zien of we het vuur binnen enkele winters kunnen aanblazen.
Volgens het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) is het heel normaal. Dat je weet waaraan je je salaris precies uitgeeft. Maar zolang er biljetten uit de geldautomaat blijven komen, voelen veel mensen de noodzaak van budgetteren niet. Heel herkenbaar.
Budgetteren heeft me altijd wat tegengestaan. Ik krijg daar acuut schrikbeelden van stapels bonnetjes bij. Toch ga ik een poging wagen wat meer zicht op de inkomsten en de uitgaven te krijgen. Zeker nu het spaarsaldo vanwege enkele grote reparaties aan de auto in korte tijd enorm is geslonken. En eerlijk gezegd vind ik het in deze tijd van crisis een prettig idee om te weten waarop we kunnen besparen.
Vroeger kenden veel gezinnen een Brabantiaspaardoos, met vakjes voor verschillende uitgaven: kleding, gas en licht, huishoudelijke artikelen en vakantie. Zodra er genoeg geld in het vakje zat, kon je die uitgaven doen. Eenvoudiger kan niet. Maar wie betaalt er nu nog met contant geld?
De Brabantiadoos is inmiddels vervangen door computerprogramma’s. Vele beloven snel inzicht in de financiën te geven. Een van de meest gebruikte is AFAS Personal (voorheen Yunoo). Dat is een gratis onlineprogramma dat de uitgaven direct voor je rubriceert en waarmee je je uitgaven kunt vergelijken met die van andere gebruikers.
Voor het eerste gebruik moet je een account aanmaken. Tot zover zie ik geen probleem. Bij de volgende stap voel ik kriebels: het programma vraagt je je rekeninggegevens te uploaden. Dat is vast heel handig. Maar voor mij voelt dat als een stap te ver.
Kijkt er iemand mee? Volgens AFAS niet. Het bedrijf kan dat ook met feiten onderbouwen. Maar je gegevens worden wel gebruikt om vergelijkingstabellen aan andere gebruikers aan te kunnen bieden. Klinkt handig, maar het voelt toch niet zo prettig.
Het Nibud heeft ook een eigen budgetteerprogramma, de offline C@shflow Manager. Maar die kost wel een lieve duit: 39,95 euro.
Op de site van het Nibud staat dat je een kasboek moet kiezen dat bij je past. Dat kan een digitaal exemplaar zijn van bijvoorbeeld AFAS of de C@shflow Manager. Een eenvoudig schriftje waarin je met pen of potlood de inkomsten en uitgaven bijhoudt, kan net zo goed werken. Dat biedt perspectief.
Ik pak een pen en open het onlineoverzicht van onze betaalrekening. In een leeg schrift noteer ik eerst welke bedragen er de afgelopen maanden standaard bij zijn gekomen en af zijn gegaan. Een paar dingen vallen meteen op. Er blijkt een onbestemde verzekering te lopen, kosten: enkele tientjes per jaar. We betalen verder jaarlijks 35 euro voor een tijdschrift dat ik bijna nooit lees. En ik verbaas me erover dat er elk jaar nog een bedrag afgeschreven wordt voor de Hotelbon – ooit tijdens een aanbieding aangeschaft. Allemaal bedragen die al direct naar de spaarrekening voor de open haard kunnen.
Het is zoals het Nibud al voorspelde. Het overzichtelijk maken van je eigen financiën geeft je inzicht en dwingt je tot het maken van keuzes. Als je dat een paar keer per jaar doet, ben je al een heel eind op de goede weg.
De eerste stap is gezet. Op naar de volgende. In het schrift breng ik rubrieken aan. Ik splits de boel op in vaste lasten en overige uitgaven. Dan maak ik een kopje huishoudelijke uitgaven, waaronder voeding, schoonmaakmiddelen en verzorgingsartikelen vallen. Daarnaast staan reserveringsuitgaven. Volgens het Nibud zijn dat dingen waar je soms even voor moet sparen en waar je langere tijd plezier van hebt. Zoals een nieuwe winterjas, vakantie of uitjes.
In mijn schrift wordt het een kliederboel. Daarom besluit ik de rubrieken in een tabel in Word te zetten, een programma dat ik beter onder de knie heb dan het nog handigere rekenprogramma Excel. Ik maak van het stuk direct een Google Document, dat ik deel met mijn man, die er zíjn uitgaven in kan verwerken.
In de weken die volgen blijkt het soms lastig bedragen in de juiste rubriek onder te brengen. Ik maak een nieuw kopje: cadeautjes. En twijfel of ik de giften onder vaste lasten laat staan –er lopen heel wat machtigingen– of onder overige uitgaven plaats. Het maakt eigenlijk ook weinig uit. De rijtjes bedragen geven al vrij snel een aardig beeld: er gaat bij ons vrij veel geld naar benzine –dat krijg je als familie ver weg woont–, eten –vooral lekker eten– en vakantie.
Aardig is dat ik merk dat ik door het bijhouden van de uitgaven bewuster ga winkelen. Ik schrik van het bedrag op het bonnetje bij de ALDI. Die impulsaankopen voorkom ik de volgende keer door thuis een duidelijk lijstje te maken. Ik ga terug naar de HEMA met een paar regenlaarzen die niet waterdicht blijken te zijn, iets wat ik normaal gesproken niet zo snel zou doen. En ik orden m’n kledingkast, waardoor ik meer zicht krijg op de jurken en truien die ik écht nodig heb.
Ik twijfel nog of ik een sticker op de deur plak die de folderbezorger op afstand houdt. Het helpt mogelijk mee de begeerte naar ”meer, meer, meer” te temperen. Maar die folders leveren me aan de andere kant ook aardige aanbiedingen op.
Het raakt me dat ik deze keuzes kán maken. Dat het budgetteren voor mij geen noodzaak is. Sparen geeft voldoening en budgetteren blijkt leuk. Maar het móéten budgetteren, omdat er elke maand te weinig binnenkomt, is natuurlijk heel wat anders. Dat lijkt me een zware last. Waar je al je creativiteit voor zult moeten inzetten.