Commentaar: Toename internetgebruik niet alleen winst
Het gebruik van internet door ouderen is de laatste vijf jaar fors toegenomen. Inmiddels zitten zes op de tien mensen tussen de 65 en de 75 jaar geregeld achter de computer voor internetactiviteiten. Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van 2005, zo bleek woensdag uit cijfers van het CBS.
Ouderen moeten ook wel. Anders missen zij de boot. Wie bij wil blijven, moet internet gebruiken. E-mail neemt steeds meer de plaats in van de post en „even naar de bank” betekent vandaag gewoon achter het scherm gaan zitten en inloggen. Een herhaalrecept voor medicijnen vraag je online aan en een vakantie boek je via de site van touroperators. Internet is niet meer weg te denken uit ons leven.
Willen ouderen echter werkelijk bij de tijd blijven, dan zullen zij ook geregeld hun kennis van het medium moeten upgraden. Dat vergt tijd. Bijna elk kwartaal worden er weer nieuwe toepassingen gepresenteerd. Internetgebruik dwingt bijna tot levenslang leren.
De inhaalslag die ouderen de achterliggende jaren hebben gemaakt, is fors. Toch lijken er zich voor hen nieuwe uitdagingen aan te dienen. Willen zij werkelijk meetellen, dan raden experts hen aan ook na te gaan denken over het gebruik van sociale media als Facebook en Twitter. Die zijn sterk in opkomst.
Als opa’s en oma’s bijvoorbeeld op de hoogte willen blijven van het doen en laten van hun kleinkinderen dan is het voor hen een aanrader om hun nakroost op Twitter te volgen. Daar delen zij hun zorgen en vreugden met hun vrienden; daar is te lezen wat de jeugd van allerlei dingen vindt. Zo worden ook ouderen voortgedreven door de nieuw ontwikkelingen op gebied van multimedia. Dat proces lijkt nooit op te houden.
Toch is het goed even pas op de plaats te maken. De vraag mag worden gesteld of je werkelijk aan alles moet meedoen wat er mogelijk is. Dat is overigens niet alleen een punt van overweging voor ouderen, maar ook voor de generaties die na hen komen.
Internet en sociale media brengen namelijk niet alleen winst; er kleven ook nadelen aan. Deze nieuwe communicatiemiddelen hebben zeker voordelen gebracht. Wie bijvoorbeeld eenmaal e-mail heeft leren gebruiken, zal dat direct toegeven. Om er een te noemen: de kosten van postverzending zijn nagenoeg verdwenen door het elektronisch berichtenverkeer.
Maar daar staat wel tegenover dat het leven veel jachtiger is geworden. Wie binnen een halve dag niet reageert op een e-mail heeft al het etiket ”traag” opgeplakt gekregen. Terwijl je vroeger ”een snelle jongen” was als je zorgde dat iemand binnen drie dagen een antwoordbrief had ontvangen.
Tweede minpunt is dat met name de nieuwste media, zoals bijvoorbeeld Twitter, naar hun aard uitnodigen tot snel, vaak impulsief reageren. Een kleine rondgang in de Twitterwereld leert hoe funest dat kan zijn. Zelfs mensen op verantwoordelijke posten voeren via het medium –dus voor het oog van al hun volgers– discussies waarin zij ongenuanceerd, ongepolijst en soms zelfs onfatsoenlijk hun mening geven. Als ze achteraf daarop reflecteren, zullen de meesten zich schamen dat zij zich zo hebben laten gaan.
Derde punt van aandacht is dat de moderne media mensen de hele dag bezig kunnen houden. Bijna onophoudelijk checken veel mensen hun berichten, met als gevolg dat ze nauwelijks meer momenten hebben voor bezinning.
De PvdA’er Plasterk zei vorige week dat hij van tijd tot tijd bewust zoekt naar een prikkelarme omgeving om een boek te lezen of na te denken. Dat voorbeeld zouden veel mensen moeten volgen –en zeker ouderen– om zo tijd te hebben om zich te bezinnen op de meest wezenlijke vragen van het leven.