Werkloze autochtone Nederlanders zijn veel passiever, zei arbeids- en organisatiepsycholoog Edwin van Hooft aan de Vrije Universiteit in Amsterdam maandag.

Bijna 70 procent van de werkloze Turken is actief op zoek naar werk, ruim een kwart wacht af en 5 procent is helemaal niet op zoek. Van de autochtone werklozen is 45 procent actief op zoek, wacht bijna eenderde af en zoekt een kwart helemaal niet.

Van Hooft hoopt eind dit jaar te promoveren op zijn onderzoek, dat in samenwerking met de Vrije Universiteit, uitzendbureau Tempo Team en de Nederlandse Stichting voor Psychotechniek is verricht. „Turken lopen duidelijk een stapje harder, omdat ze het gevoel hebben minder kans op een baan te hebben”, aldus Van Hooft.

Verder worden Turkse werklozen volgens de onderzoeker door hun familie, vrienden en kennissen meer gestimuleerd om een baan te zoeken. „De financiële positie van Turken is over het algemeen ook minder, waardoor de noodzaak om aan werk te komen groter is.”

Uit een eerder onderzoek dat Van Hooft vorig jaar samen met Tempo Team onder uitzendkrachten heeft verricht, is al gebleken dat allochtonen vaker solliciteren door druk uit hun omgeving. Autochtone Nederlanders worden volgens de onderzoeker meer door persoonlijke motieven gedreven.

„De Turken zijn de grootste etnische minderheidsgroep in Nederland naast de Surinamers. Interessant bij de Turken is dat hun arbeidsmarktpositie zwakker is door een gemiddeld laag opleidingsniveau. Ze kennen dan ook een hoge werkloosheid”, licht Van Hooft toe. Hij hoopt zijn onderzoek binnenkort te kunnen uitbreiden naar andere etnische minderheden.