Verhalenbundel voor senioren voert terug naar het verleden
De koffiebonen worden gemalen in een tussen de benen geklemde molen. Kinderen wassen zich in een teil. Bakker, groenteboer en melkboer komen aan huis. Een koekje bij de koffie is een bijzonderheid, snoep een luxe. In de wc liggen stukken krantenpapier klaar voor gebruik. Door de koffie gaat een schepje Buisman. En ruiten worden met spiritus schoongemaakt.
Dat is de wereld in ”Een hart vol verhalen”. Desirée van Keulen neemt ouderen die niet meer zelfstandig kunnen lezen in dit voorleesboek mee naar de tijd van toen, naar de periode tussen 1920 en 1950. Het zijn de jaren zonder mobieltje, computer en pinpas.
De auteur werkte jarenlang als activiteitenbegeleider in de zorg en bedankt in haar boek alle senioren die hun herinneringen en verhalen met haar deelden. Ze verwerkte deze ervaringen in de twaalf hoofdstukken van de uitgave, die verdeeld zijn over lente, zomer, herfst en winter. Van Keulen heeft voor elk verhaal circa tien bladzijden nodig. Laura Boomsma voorzag iedere bijdrage van een paginavullende zwart-witillustratie. Het boek kenmerkt zich door een rustige bladspiegel, grote letters en de nodige ruimte tussen de regels. Dat maakt deze uitgave ook bruikbaar voor oudere mantelzorgers en vrijwilligers die hun leeftijdsgenoten voorlezen.
De eenvoudige verhalen zijn opgebouwd uit korte zinnen en schetsen de alledaagse werkelijkheid. Binnen een hoofdstuk worden dingen regelmatig herhaald. De onderwerpen zijn uit het leven gegrepen. Opoe Hes breit een jurkje voor de pop van haar kleindochter. Notaris Nieuwstraten en zijn zoon Jacob voeren op zondagmiddag de eendjes in het park. Een oude dame overpeinst het verleden. Ze troost het buurmeisje Marietje, dat al haar knikkers verloor. Andere items zijn een logeerpartij van stadse mensen op de boerderij, de snoepwinkel, een terugblik op het boerenleven, een strandjutter en schaatsen en de Elfstedentocht.
Het boek zal een breed publiek aanspreken. Het is zo algemeen getoonzet dat geen protestant of rooms-katholiek zich aan de inhoud zal storen. Er wordt een keer gebeden voor de maaltijd. Het woord kerk komt voorbij in het kader van mensen die pepermunt kopen. Alleen in het slotverhaal komt aan de orde dat een opa en opoe op zondag twee keer naar de kerk gaan.
Het taalgebruik in het boek is fatsoenlijk. Wie zich die ene keer stoort aan „eeuwig een dikke, groene snottebel aan zijn neus hangen”, kan het eerste woord makkelijk vervangen. Ouderen zullen in de uitgave veel herkennen uit hun jeugd. Deze verhalen leveren vast de nodige gespreksstof op.
”Een hart vol verhalen”, Desirée van Keulen; uitg SWP, Amsterdam, 2011; ISBN 978 90 8850 164 7; 146 blz.; € 17,95.
Dit is het eerste deel in een serie. Volgende week dinsdag deel 2.