Dat betogen vijf onderzoekers van onderzoeksinstituut Nivel in een vrijdag verschenen speciale editie van het blad Huisarts & Wetenschap.

Momenteel speelt de huisarts vaak een belangrijke rol in de vroegdiagnostiek en bij terminale kankerpatiënten. De onderzoekers constateren dat behalve operaties, chemokuren en bestralingen ook nacontroles en overige nazorg nog veelvuldig in het ziekenhuis plaatshebben. Ze noemen dat, zeker gezien de verwachte stijging van het aantal kankerpatiënten, „niet altijd even efficiënt.” Ook zouden patiënten vaak behoefte hebben aan meer ondersteuning dan die oncologen en oncologisch verpleegkundigen kunnen bieden.

Een grotere betrokkenheid van huisartsen vergt volgens de auteurs wel een cultuuromslag. „Uit onderzoek blijkt dat huisartsen kankerpatiënten nog te veel zien als patiënten van de specialist. Om dit te veranderen is meer scholing nodig. Huisartsen moeten kennis en vaardigheden opdoen om patiënten beter te kunnen helpen. Aan de andere kant moeten patiënten meer vertrouwen krijgen in de kunde van de huisarts bij de nazorg.”