Opinie

Onderscheidingsvermogen nodig voor open gesprek in gezindte

Velen in de gereformeerde gezindte kunnen moeilijk onderscheid maken tussen personen en zaken. Daardoor wordt het moeilijk om met elkaar in gesprek te blijven, betoogt ds. M. van Reenen.

17 November 2011 20:07Gewijzigd op 14 November 2020 17:44
Foto RD
Foto RD

Terecht vraagt W. B. Kranendonk aandacht voor polarisatie in eigen huis (RD 12-11). Een belangrijk aspect van polarisatie is mijns inziens de kennelijke moeite om bij discussies goed onderscheid te maken tussen personen en zaken.

Een goede discussie is niet verkeerd, die is vaak zelfs geboden. Een goede discussie mag ook fel en krachtig zijn. Heb ik het echter verkeerd, als ik veronderstel dat een dergelijke strijd onder ons vaak een persoonlijk karakter krijgt? Iemand die op één bepaald punt een afwijkende mening heeft, wordt algauw in al zijn opvattingen gewantrouwd – wellicht zelfs in zijn geestelijk leven. Dat levert bij voorbaat de nodige spanning op. Hoe zouden anderen ons, na bepaalde uitspraken, wegen?

Trouwens, vaak is er niet echt sprake van een discussie. Wat op gevoelige punten geschreven en gezegd wordt, is vaak bestemd voor eigen publiek. Zodoende is er zelden een goed gesprek over bijvoorbeeld de toe-eigening des heils of over het verbond tussen hen die daarover van mening verschillen.

We kunnen in de leer gaan bij Gisbertus Voetius (1589-1676). Hij debatteerde veel, niet alleen over, maar ook mét zijn tegenstanders. Zo nam hij duidelijk stelling tegen de rooms-katholieke theologie. Intussen schaamde hij zich er niet voor zijn waardering uit te spreken voor het geestelijk leven van sommige rooms-katholieke theologen (ook van zijn eigen tijd!).

Voetius maakte onderscheid tussen personen en zaken. Dát zorgt ervoor dat we met elkaar in discussie/gesprek kunnen blijven.

Waarom is dit essentieel? Ik noem vier punten:

  1. Het is geestelijk eerlijk. Wie zichzelf enigzins leert kennen, zal niet gemakkelijk een ander afschrijven die staat op het fundament van de Schrift. We ontwaren soms geestelijke intenties bij de ander, waar we blind voor waren.

  2. Het is helder. Een open discussie geeft de gelegenheid om wederzijdse standpunten toe te lichten. Daarmee kunnen we onze eigen mening aanscherpen en waar nodig corrigeren. Zó ontstaat er doorwrochte, Bijbelse theologie.

  3. Het is onderscheidend. Zo leren we beter waar het werkelijk op aankomt. We hoeven hoofd- én bijzaken niet weg te schuiven, maar we moeten ze wel de juiste plaats geven.

  4. Het is opbouwend. Punt 3 heeft zijn weerslag op de jonge generatie. Jongeren die vaak nauwelijks weten wat de achtergrond is van ‘bijzaken’, kunnen dit leren. Zij die vaak nog minder weten wat het betekent om echt (dat is: bevindelijk) gereformeerd te zijn, kunnen daarin gefundeerd worden.

Een open discussiecultuur heeft ook schaduwzijden. Theoretisch zou alles ter discussie gesteld kunnen worden. Dat is een reëel gevaar. Tegelijkertijd is het de vraag of we dit gevaar moeten afwenden door nauwelijks meer met elkaar te discussiëren. In een open gesprek worden we juist gedwongen om gefundeerd te raken in Schrift en belijdenis. Daardoor gaan we beseffen dat de waarborg niet ligt in zelfgemaakte veiligheid, maar in Gods macht en genade.

De auteur is predikant van de hersteld hervormde gemeente te Ederveen en Andelst-Zetten e.o.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer