Opinie

Het Evangelie: voor de moderne mens te mooi om waar te zijn

Regelmatig wordt gesteld dat de moderne mens best geïnteresseerd is in het Evangelie. In zijn algemeenheid is dat niet waar, stemt ds. W. Dekker in met prof. Stefan Paas. De meeste mensen ligt het Evangelie gewoon niet.

8 November 2011 20:24Gewijzigd op 14 November 2020 17:34
„De gemeentestichtingsprojecten van veel kerkplanters leiden vaak tot een nog grotere versnippering van christelijke gemeenschappen en tot uitholling van bestaande gemeenten.” Foto Roel Dijkstra
„De gemeentestichtingsprojecten van veel kerkplanters leiden vaak tot een nog grotere versnippering van christelijke gemeenschappen en tot uitholling van bestaande gemeenten.” Foto Roel Dijkstra

Tijdens het congres ”Het Evangelie en de stad”, vorige week in Berlijn, heeft prof. dr. Stefan Paas bijzonder belangrijke dingen gezegd over kerk-zijn in de marge, zo blijkt uit een verslag in deze krant (RD 26-10). Ik heb de hele lezing opgevraagd en werd er alleen maar in bevestigd.

Paas is bijzonder hoogleraar kerkplanting en kerkvernieuwing aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Wie het woord kerkplanting hoort en een klein beetje thuis is in het wereldje waar deze term vaak klinkt, weet dat het woord kerkplanting meestal verbonden is met gedachtegangen die erop neerkomen dat overal zo veel mogelijk nieuwe kerken of gemeenten moeten worden gesticht, omdat de oude kerken de mensen niet meer zouden bereiken en nieuwe aantrekkelijke kerken dat wel zouden doen.

Wanneer deze gedachte op Nederland en Europa wordt toegepast, betekent dit dat heel veel mensen best wel in het Evangelie geïnteresseerd zouden zijn, alleen zal het niet lukken om hen via de traditionele kerken te bereiken.

Wie een klein beetje onbevangen om zich heen kijkt, kan allang zien dat dit een leugen is. Gelukkig zijn er mensen die in het Evangelie geïnteresseerd zijn. Helaas zijn er kerken die afstotende dingen zeggen of doen. Dat is allebei waar.

Vreemd verhaal

Toch zijn we daarmee niet bij het hoofdprobleem waar we in Europa mee zitten. Het hoofdprobleem is dat de meeste mensen eerlijk zeggen dat het Evangelie hen gewoon niet ligt. Het is een vreemd verhaal over een wereld buiten onze wereld, van waaruit ingegrepen zou zijn in deze wereld: Gods Zoon is mens geworden.

Het is te mooi om waar te zijn, dat God onder miljarden mij persoonlijk kent. Het is te onwaarschijnlijk voor woorden, dat er opstanding is en eeuwig leven, hoewel het best mogelijk is dat we op de een of andere manier voortleven. Maar dat is dan een verrassing: we zien wel.

Verder is het in een pluralistische wereld niet meer van nú om te zeggen dat de redding slechts in Jezus Christus is.

Hiermee is het algemene cultuurklimaat van vandaag geschetst. Het is misleiding om te stellen dat een of andere nieuwe, meer eigentijdse kerk daar ook maar enige verandering in zou brengen.

Moedig

Paas waarschuwt in zijn lezing kerkplanters voor de gedachte dat er zo veel mogelijk nieuwe kerken gesticht moeten worden en dat op die manier weer zo veel mogelijk mensen bereikt moeten worden. Dat zal op langere termijn alleen maar leiden tot verwereldlijking van de kerken in plaats van tot verkerkelijking van de wereld, zegt hij.

Trouwens, dat laatste hoeft ook niet. Het is niet Gods wil dat de wereld „één grote kerk” wordt. Paas wil ons stimuleren minderheidskerk te zijn op een geestelijke en dappere manier.

Dat pleidooi wil ik van harte onderstrepen. Ik vind het ook moedig dat hij deze dingen durft zeggen in een klimaat waarin velen daar anders over denken. De gemeentestichtingsprojecten van vele kerkplanters leiden vaak tot een nog grotere versnippering van christelijke gemeenschappen en tot uitholling van bestaande gemeenten. Ze bereiken zeer weinig notoire ongelovigen.

Vragen

Na lezing van het betoog houd ik wel een paar vragen over. In de eerste plaats de vraag wat het nu precies betekent dat de wereld niet „één grote kerk” hoeft te worden. Ik snap heel goed wat hij bedoelt. Maar moeten we ook het verlangen opgeven om de wereld te doordrenken van christelijke waarden, in politieke en maatschappelijke organisaties bijvoorbeeld? Moeten deze laatste dan zo veel mogelijk los van de kerk opereren ten einde kerk en wereld niet te vermengen? Anders gezegd: is het goed om elk theocratisch ideaal, in welke nieuwe vorm dan ook, op te geven?

Een nog dringender vraag vind ik hoe we min of meer vrede zouden kunnen hebben met het feit dat onze kinderen en kleinkinderen niet geloven. Dat een kleine kerk juist vanuit de marge tot zegen kan zijn, dat geloof ik wel. Maar dat mijn kinderen en kleinkinderen niet meer bij die kerk horen, kan ik daar ooit aan wennen?

Bij deze vraag denk ik natuurlijk niet alleen letterlijk aan kinderen en kleinkinderen. Een kerk in de marge betekent dat het overgrote deel van het volk niet gelooft.

Ik denk wel dat een kerk in de marge tot zegen kan zijn, maar hoe geven we gestalte aan het verlangen dat ieder Christus zal kennen? Moeten we nog ijverig evangeliseren, of moeten we nu voorlopig maar vooral zelf echt kerk zijn, zoals Christus dat bedoelde?

Hoe vertalen we onze zorg dat mensen zonder Christus ten diepste verloren zijn?

De auteur is hoofd vorming en educatie bij IZB (voor zending in Nederland).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer