Opinie

Passeer Arabische kerken niet bij zending Midden-Oosten

Jaap Bönker gaat in zijn artikel, waarin hij pleit voor meer zendelingen in het Midden-Oosten (RD 25-10), voorbij aan de rol van Arabische kerken, reageert dr. Jos Strengholt.

28 October 2011 18:36Gewijzigd op 14 November 2020 17:23
Foto RD, Anton Dommerholt
Foto RD, Anton Dommerholt

Met sympathie las ik de oproep van Jaap Bönker aan de kerken in Nederland om meer betrokken te zijn bij zending in het Midden-Oosten. Graag steun ik die oproep. Bij de argumentatie van Bönker heb ik echter grote vraagtekens.

Bönkers suggestie dat de revolutie van het afgelopen jaar Arabieren over de islam aan het denken heeft gezet en dat ze hierdoor kritischer werden op de islam, lijkt me onjuist. De gevallen regimes in Egypte, Tunesië en Libië waren gematigd. Het zijn juist de islamitische bewegingen die profiteren van de veranderingen.

Bönker stelt verder dat de velden in het Midden-Oosten wit zijn om te oogsten. Nu heb ik nog nooit iemand die zending wil stimuleren, horen zeggen dat de velden in het beoogde gebied niet wit zijn om te oogsten. We moeten de openheid voor het Evangelie echter niet overdrijven. Tunesië, Libië, Egypte, ze worden alle juist islamitischer na de revoluties.

Maar Bönker heeft ook een punt: inderdaad zijn er beduidend meer Arabieren dan voorheen met grote openheid voor het Evangelie. Maar het blijft een kleine minderheid, en ik denk niet dat de revoluties hierop veel invloed hebben gehad.

Bönker suggereert verder dat zendingsorganisaties er nauwelijks in slagen de stroom van pasbekeerde moslims toe te rusten. Als dat waar is, hoeven we niets te doen – ze slagen er blijkbaar met enige moeite in. Maar dat bedoelt de schrijver natuurlijk niet. Hij roept op tot het sturen van meer zendelingen. Zo’n 400 zendelingen op 400 miljoen mensen, dat is te weinig, zegt hij. Ik vind de argumentatie niet overtuigend en onzuiver.

Stel dat er in Nederland meer openheid zou komen voor het Evangelie. Prachtig! Wat zouden we ervan vinden als we in een Amerikaanse krant een artikel zouden lezen waarin een Amerikaanse zendingsorganisatie ertoe oproept meer zendelingen naar Nederland te sturen? Waarin wordt gezegd dat er maar een paar zendelingen in Nederland werken en dat die zendelingen het zo druk hebben omdat ze overspoeld worden met vragen van geïnteresseerden? Dat zendingsorganisaties er nauwelijks in slagen de stroom van pasbekeerden toe te rusten? Ik vrees dat we ons zouden ergeren, zowel vanwege de overdrijving als vanwege de neokolonialistische ondertoon.

Los van de overdrijving in dit fictieve Amerikaanse krantenartikel blijft de levensgrote vraag: Maar hoe zit het dan met de plaatselijke kerken? Zijn er dan geen kerken in Nederland die iets doen aan de toename van interesse voor het Evangelie? En hoe belangrijk zijn die Amerikaanse zendelingen eigenlijk in verhouding tot wat de kerken in Nederland doen?

Bönker wekt de indruk dat, als er niet meer zendelingen naar de Arabische wereld gaan, er iets faliekant misgaat. Er zijn inderdaad enkele Arabische landen zonder serieuze lokale kerken, maar de meeste Arabische landen hebben forse kerken. Die zijn redelijk actief op het gebied van het bereiken van hun islamitische buren en vele malen effectiever dan zendelingen. Het idee dat alles van buitenlandse zending afhangt, de teneur van het verhaal van Bönker, is zeer eenzijdig en ontkent de rol van Arabische kerken.

Zelfs in landen waar de plaatselijke gemeenten klein zijn, zoals Marokko, is het nog maar de vraag hoe zinvol het is om daar meer mensen heen te sturen. Als ze plaatselijke gemeenten ondersteunen in hun werk, is dat prachtig. Helaas wordt er door zendelingen echter te veel op eigen houtje gedaan, zonder dat ze zich ook maar iets aan trekken van de kerken die er zijn.

Een belangrijke leider van Marokkaanse gemeenten zei onlangs tegen een kennis van me dat hij blij was dat veel zendelingen vorig jaar het land uit moesten. Hij ervoer hen eerder als hindernis dan als zegen voor de gemeenten in Marokko.

Door de manier waarop Bönker tot zending oproept, wordt de indruk gewekt dat meer zendelingen per definitie beter zijn, en dat we vooral meer Nederlanders naar de Arabische wereld moeten sturen. Het lijkt me toch echt beter om eerst eens grondig na te denken over de vraag waarom eigenlijk, wat voor soort zendelingen dan nodig zijn, en hoe zich dit verhoudt tot de plaatselijke kerken. Als die plaatselijke kerken niet centraal staan in het denken en werken van die zendelingen, mogen ze wat mij betreft thuisblijven.

De auteur is als anglicaans geestelijke actief in de Egyptische hoofdstad Caïro.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer