Orange Nederland is sinds 31 maart de nieuwe naam van Dutchtone. Het bedrijf heeft 1200 medewerkers en 33 eigen winkels. Het klantenbestand ligt net boven de miljoen en daarmee heeft het bedrijf een marktaandeel van ongeveer 10 procent.

„Wij zijn overtuigd van onze eigen kwaliteiten”, zegt de Brit David Holliday, bestuursvoorzitter van Orange Nederland. „Onze klanten moeten dat ook zijn. Daarom hanteren wij de volgende normen: vriendelijkheid, eerlijkheid, duidelijkheid, dynamiek en verfrissend werken.”

In dit rijtje hoort ambitieus ook thuis. Topbaas Sol Trujillo zei onlangs dat alle Orange-dochters binnen drie jaar moeten uitgroeien tot de eerste of tweede in hun markt of eind 2005 in hun land een omzetaandeel van minstens 20 procent moeten hebben. Dat geldt dus ook voor Orange Nederland.

De resultaten die Orange Nederland tot nu toe heeft laten zien, zijn indrukwekkend. De omzet ging van 215 miljoen euro in 2000 naar 400 miljoen in 2002. Dat komt overeen met een aandeel in de marktomzet van 10 procent. Analisten zijn het erover eens dat een groei naar de doelstelling van 20 procent omzetaandeel niet makkelijk zal worden, zo niet onmogelijk is.

Volgens Philip Scholte, analist bij Effectenbank Stroeve, is dat een kansloze opgave. „KPN en Vodafone zijn hard bezig om hun marktaandeel te beschermen. Dat geldt ook voor Telfort. T-Mobile is zelfs snel marktaandeel aan het winnen. Ik zie niet hoe Orange dan 10 procent kan verkrijgen in tweëenhalf jaar, anders dan door een overname.”

Maar de bestuursvoorzitter van Orange ziet juist overal mogelijkheden voor extra groei. Zo verwacht Holliday dat de zakelijke dienstverlening voor grote winstmarges kan zorgen. „We gaan dit jaar beginnen met producten voor dat marktsegment. Het is moeilijk, maar ook het meest winstgevend.”

Daar kan Orange zeker veel halen, denkt ook Scholte. „Het is goed mogelijk voor Orange om Franse bedrijven in Nederland als klant aan zich te binden. Er moet wel rekening mee worden gehouden dat bedrijven als T-Mobile zich dit ook realiseren. Zij hebben als Duits bedrijf misschien meer potentiële klanten in Nederland”, aldus Scholte.

Holliday denkt dat hogere opbrengsten per gebruiker voor een groot deel van de omzetstijging kunnen zorgen. „Het afgelopen jaar hebben wij een inhaalslag gemaakt ten opzichte van KPN en Vodafone. Wij hebben nu een vergelijkbare omzet per gebruiker als zij, terwijl Orange zich nog niet eens echt op de zakelijke markt heeft gestort.”

De analist van Stroeve denkt ook dat daar de winstgroei van moet komen. „Het aantal bellers zal niet echt meer stijgen, dus moet het komen van een toename van het aantal belminuten. Dan zal je wel duidelijk iets aan te bieden moeten hebben, in de vorm van goedkope belminuten.”

Op de internationale markt heeft het Frans-Britse merk meer invloed. Na Vodafone is Orange de grootste met 44,9 miljoen klanten wereldwijd en vertegenwoordigingen in negentien landen. France Telecom nam in 2000 het Britse Orange over voor 36,4 miljard euro. Het bedrijf staat genoteerd aan de effectenbeurzen in Parijs en Londen.

Met de aankoop en het verkrijgen van dure umts-vergunningen heeft France Telecom wel een schuld opgelopen van pakweg 60 miljard euro. De vrees bestaat onder analisten dat de Nederlandse dochter als melkkoe zal worden gebruikt. Holliday ontkracht deze beweringen. „De schuld is het gevolg van vele aankopen en dure licenties. Dat is onvermijdelijk als je wilt groeien. Het bedrijf heeft in ons geïnvesteerd en mag daarom ook winst van ons verwachten.”

Scholte geeft Holliday daarin gelijk. „Het is logisch dat France Telecom haar schuld afbetaalt met de winst van haar dochterondernemingen. Vergeet niet dat Orange wel degelijk winstpotentie heeft. France Telecom is op de goede weg als het gaat om haar financiële positie”, aldus de telecomanalist.

Voorlopig is het bedrijf druk bezig zijn producten met een reclamecampagne aan de man te brengen. Zo moet Orange Share de concurrentie aangaan met i-mode van KPN en Vodafone Live. „Wij gaan uit van onze eigen kracht. Daar bouwen wij op. Niet voor niets hebben wij een eigen netwerk laten aanleggen. Om van niemand afhankelijk te hoeven zijn. Dat is denken voor de lange termijn”, aldus Holliday.