Omzet Nederlandse bouwbedrijven daalt
De Nederlandse bouwbedrijven hebben in de eerste drie maanden minder omzet gedraaid.
Gemiddeld noteerden ze een daling van 3,4 procent in vergelijking met een jaar eerder, maar bij de grote aannemers was de afname met 6,8 procent dubbel zo groot. Vooral in de grond-, water- en wegenbouw kwam er minder geld binnen, aldus het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrijdag.
De grote bouwers omvatten 0,5 procent van het aantal aannemers, maar zijn goed voor ruim eenderde van de totale omzet in de bouw. De middelgrote bedrijven, goed voor 40 procent van het werk, boekten 3,2 procent minder omzet. Vooral de bouw van woningen en kantoren liep terug.
Voor beide topgroepen geldt dat de grootste daling in maart plaatsvond. In 2002 groeide de omzet in de bouw met 1,1 procent. De grootste bouwers groeiden toen 3,2 procent, de middelgrote daalden met 1,1 procent.
Branchevereniging AVBB herkent de dalende trend. „We horen van leden regelmatig sombere verhalen”, aldus een woordvoerder van de bouwers. „Vooral in het noorden en oosten van het land gaat het slecht.”
Volgens de AVBB heeft de bouw last van het slechte economische klimaat. „Veel opdrachtgevers kijken in deze onzekere tijden de kat uit de boom.” Ook vanuit de overheid kwamen de afgelopen maanden steeds minder opdrachten, in afwachting van het nieuwe kabinet.
De rijksoverheid en gemeenten zijn bovendien sinds de bouwfraudeaffaire veel voorzichtiger geworden. Steeds meer opdrachten worden via een langdurige aanbesteding verdeeld. „Daarbij zijn aannemers door de slechte marktomstandigheden bereid tegen een lagere prijs te werken, dat drukt ook de omzet.”