Dat heeft het door de VN gesteunde tribunaal in Phnom Penh maandag laten weten. In 2009 stapte al de internationale co-hoofdaanklager, Robert Petit, om dezelfde reden op.

Het tribunaal moet de hoofdschuldigen van de misdaden van het Rode Khmer-schrikbewind in de jaren ’70 berechten. Het heeft in ruim 5 jaar tijd slechts vijf voormalige kopstukken van de maoïstische dictatuur in staat van beschuldiging gesteld. Het tribunaal werkt aan meer zaken, maar de regering in Phnom Penh wil daar niet van weten. De minister van Informatie verklaarde in mei dat „zij hun spullen moeten pakken en weggaan”, aldus het tribunaal dat nieuwe verdachten in staat van beschuldiging stelt.

Het tribunaal wordt gefinancierd met vrijwillige bijdragen van onder meer Nederland.

Vorige week stelde mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) dat Blunk en de Cambodjaanse onderzoeksrechter You Bunleng zouden moeten aftreden omdat ze hebben gefaald. HRW-directeur Azië, Brad Adams, zei dat twee onderzoeken waarschijnlijk niet tot een proces zullen leiden, omdat door inmenging van de regering geen sprake is van serieus onderzoek. Een woordvoerder van het tribunaal veegde toen namens de twee onderzoeksrechters de aantijgingen nog van tafel en zei dat ze hun werkzaamheden onverminderd zouden doorzetten.

De maoïstische beweging Rode Khmer voerde tussen 1975 en 1979 een schrikbewind in Cambodja. Naar schatting 1 tot 2 miljoen mensen, ongeveer een vijfde van de bevolking, kwamen om tijdens de dictatuur.