Nog geen Nederlandse erkenning Syrische raad
DEN HAAG (ANP) – Nederland is er nog niet aan toe om de Syrische Nationale Raad te verwelkomen of te erkennen.
Dat heeft minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken donderdag gezegd in een overleg met de Tweede Kamer.
In de raad hebben tegenstanders van het bewind van de Syrische president Bashar al-Assad hun krachten gebundeld. De contacten met het orgaan zijn volgens Rosenthal veelbelovend. Maar hij wil eerst meer informatie over de samenstelling van de raad en de toekomstplannen. De raad moet vreedzaam optreden, representatief zijn en bovendien mensen- en vrouwenrechten en godsdienstvrijheid waarborgen, aldus de minister.
Onder meer de regeringspartijen VVD en CDA hadden Rosenthal (VVD) gevraagd de vorming van de Syrische raad te verwelkomen. Maar zover is de minister dus nog niet.
Rosenthal noemde het verder „heel slecht” en zeer te betreuren dat Rusland en China een VN-resolutie tegen het Syrische regime hebben geblokkeerd. In de tekst daarvan werd gesproken over „gerichte maatregelen” indien Syrië doorgaat met de onderdrukking van de demonstraties in het land. Sinds het begin van de volksopstand tegen Assad zijn al meer dan 2900 mensen om het leven gebracht, aldus de VN. Rosenthal vindt dat de internationale druk op het Syrische regime moet worden opgevoerd.
Diverse fracties menen dat premier Mark Rutte tijdens zijn komende bezoek aan Rusland het Russische veto over de resolutie over Syrië publiekelijk ter sprake moet brengen. Volgens Rosenthal zal het onderwerp Syrië onderdeel zijn van de besprekingen die Rutte in Moskou zal voeren. De minister-president is van 19 tot 21 oktober in Rusland op uitnodiging van de Russische president Dmitri Medvedev.