Innovatiebeleid zoals het moet: de snelle Hollandse fiets
Het innovatiebeleid kan zich beter richten op het bevorderen van waardevolle verbindingen dan op selectieve bevoordeling van bedrijvigheid die al een sterke uitgangspositie heeft, betoogt prof. dr. Frank den Butter.
Op donderdag 15 september bereikte Sebastiaan Bowier met zijn ligfiets Velox in de woestijn van Nevada een snelheid van 129,61 kilometer per uur (RD 17-9). Dat betekent een nieuw Nederlands en Europees snelheidsrecord op de fiets.
Deze recordpoging is een gezamenlijk project van studenten in verschillende technische disciplines aan de Technische Universiteit Delft en studenten bewegingswetenschappen van de Vrije Universiteit Amsterdam. De fiets combineert dan ook technologische kennis van materialen, aerodynamica en sterkteleer met de kennis over optimale benutting van menselijke spierkracht. Het koppelen van de kennis van de TU- en de VU-studenten is voor de recordpoging essentieel gebleken.
Het project Human Power Team vormt een inspirerend voorbeeld van de benutting van het innovatievermogen van jonge Nederlanders. Toch valt het buiten het kader van het bedrijvenbeleid, de industrie- en innovatiepolitiek waarop het ministerie van Economie, Landbouw en Innovatie zich richt.
Dit beleid heeft negen topsectoren voor afzonderlijke disciplines benoemd: water, voedsel, tuinbouw, high tech, life sciences, chemie, energie, logistiek en creatieve industrie. Voor elk van deze sectoren hebben topteams inmiddels actieagenda’s gemaakt waartoe vanuit de begroting in totaal 1,5 miljard euro beschikbaar is gesteld.
Kenmerkend voor het Human Power Team is nu juist dat het een verbinding vormt tussen verschillende kennisgebieden, en via een gemeenschappelijk en in dit geval zeer concreet doel naar innovatie streeft. Bovendien maken verschillende kennisgebieden van de Delftse studenten, zoals werktuigbouw en lucht- en ruimtevaarttechniek, en de bewegingswetenschappelijke kennis van de VU-studenten geen deel uit van de kennis uit de topsectoren die door de regering zijn uitverkoren.
De snelle Hollandse fiets laat zien dat het selectieve innovatiebeleid van het ministerie potentieel innovatievermogen buitensluit. Daarbij wordt tevens voorbijgegaan aan hetgeen vanuit de economische theorie als een belangrijk argument voor overheidsbemoeienis met innovatie wordt gezien, namelijk het bevorderen van kennisoverdracht met positieve externe effecten.
Het innovatiebeleid in ons land kan zich beter richten op het bevorderen van waardevolle verbindingen dan op selectieve bevoordeling van bedrijvigheid die al een sterke uitgangspositie heeft. Wanneer dankzij het beleid kennisoverdracht plaatsvindt en serendipiteit ontstaat, waar dat zonder overheidsgeld niet gebeurt, heeft het beleid een maatschappelijke meerwaarde. De recordpoging van de studenten van het Human Power Team vormt een mooi, zij het in het kader van het innovatiebeleid zeer bescheiden voorbeeld van zo’n verbinding met mogelijke maatschappelijke meerwaarde.
De auteur is hoogleraar algemene economie aan de Vrije Universiteit. Een uitgebreide versie van dit artikel staat op de website www.mejudice.nl.