Felle discussie over juiste aantal glazen melk per dag
APELDOORN – Hoe gezond of ongezond is melk? En hoeveel glazen per dag zijn het beste? Het antwoord op die vragen was de afgelopen week onderwerp van een pittige discussie.
De belangrijkste deelnemer aan de discussie is de gezaghebbende Amerikaanse voedingswetenschapper prof. dr. Walter Willett, verbonden aan Harvard University, Wageningen Universiteit en het Voedingscentrum.
Willett was de afgelopen dagen in Nederland en hield vorige week vrijdag een publiekslezing in de Rotterdamse Doelen, waarbij hij voor 1500 hoorders inzoomde op de effecten van melk op de gezondheid en wat daarover uit zijn onderzoek naar voren komt. Die resultaten sporen niet helemaal met de voorlichting van het Voedingscentrum over het gebruik van melk en melkproducten.
Tegelijkertijd ontstond er een controverse over een persbericht van Wageningen Universiteit uit november 2010. Dat was opgesteld naar aanleiding van een studie waarvan Willett co-auteur was. Het ging het over de invloed van melkconsumptie op hart- en vaatziekten.
Willett beschikt over een schat aan gegevens die afkomstig zijn uit de langlopende Nurses Health Study –begonnen in 1967 met 121.000 verpleegsters van wie 90 procent nog steeds meedoet–, en de Health Professionals Follow-up Study die in 1961 is gestart onder 52.000 mannen. Daarnaast loopt er sinds 1989 een derde studie, waaraan nog eens 116.000 verpleegsters deelnemen (Nurses Health Study 2).
Uit die onderzoeken, gecombineerd met de resultaten van diverse andere studies, blijkt dat de waarde van de „witte motor” niet overdreven moet worden: van melk drinken krijg je geen sterkere botten en het leidt niet tot een lager risico op botbreuken. Integendeel: in landen met de hoogste melkconsumptie komen de meeste botbreuken voor. Verder: de inname van calciumsupplementen is zinloos. Ook die versterken de botten niet. Dat geldt wel voor vitamine D en dagelijks bewegen. Zo leidt voldoende beweging tot een halvering van het risico op botbreuken.
Willett vatte het tijdens zijn lezing samen met een grap: „Vergeet de melk. Je kunt beter met je koe gaan wandelen.”
Een glas melk bevat 400 milligram calcium. Het Voedingscentrum adviseert een dagelijkse inname van 1000 tot 1200 milligram: drie glazen melk of zuivelporties per dag. De WHO adviseert 500 milligram calcium per dag. Dat is ook volgens Willett voldoende.
Melk en calcium hebben volgens Willett als positief effect dat ze leiden tot een matige daling van het risico op dikkedarmkanker.
Eenzelfde verband is te zien tussen melk en het risico op diabetes type 2. Dit positieve effect heeft volgens Willett echter te maken met het feit dat in de Verenigde Staten aan melk vitamine D wordt toegevoegd.
Met de risico’s van een te hoge melkconsumptie is hij langer bezig. Zo signaleert Willett dat in landen met de hoogste melkconsumptie tevens de hoogste kankercijfers voorkomen. Tussen prostaatkanker en melkconsumptie is volgens de voedingswetenschapper een verband aangetoond. Mannen die twee glazen melk drinken hebben een bijna twee keer (1,8) hoger risico op „fatale prostaatkanker” dan mannen die één glas per dag drinken. Bij mannen die drie glazen consumeren is het risico ruim twee keer zo groot (2,4). Willett baseert zich daarbij met name op een onderzoek onder 99 mannen uit 1984 en gegevens uit andere onderzoeken.
Borstkanker
Mogelijk is er ook een verband met borstkanker, aldus Willett. Hij wijst daarbij op de relatie tussen melkconsumptie en lengte. Melk stimuleert de groei. Echter: uit studies blijkt dat langere vrouwen een hoger risico hebben op borstkanker dan kleinere vrouwen. Eenzelfde verband is er gevonden bij dikkedarmkanker. En mogelijk bestaat er ook een verband met alvleesklierkanker en baarmoederkanker, aldus Willett.
De Amerikaanse voedingswetenschapper wijst op de hormonale effecten van melk. „Er is een verband tussen melk en acne. Bij een hogere melkconsumptie zie je ook meer acne.”
Met betrekking tot hart- en vaatziekten ziet Willett nauwelijks voor- of nadelen van melkconsumptie. Daarover gaat de controverse met Wageningen Universiteit. De Volkskrant meldde dinsdag dat Willett vindt dat de universiteit de resultaten van een recente studie over melk en hart- en vaatziekten waaraan ook hij meewerkte in een persbericht te rooskleurig weergaf.
Ook de stichting Wakker Dier zit op deze golflengte en maakte de kwestie al eerder aanhangig bij de Reclame Code Commissie. De stichting noemde het persbericht „buitensporig reclamesk.” Daarop veranderde de universiteit vier weken geleden de kop van het persbericht. Uit het onderzoek bleek onder meer dat drie glazen halfvolle melk per dag het risico op hart- en vaatziekten met 18 procent lijken te verlagen. Al is deze conclusie volgens de onderzoekers gebaseerd op kleine aantallen. Met die conclusie kan Willett leven, maar niet met de tekst en de oorspronkelijke kop van het persbericht: ”Melk goed voor hart- en bloedvaten” en als onderkop ”Joris Driepinter had toch gelijk”.
Zuivelindustrie
Per saldo zorgt de zuivelindustrie volgens Willett voor een toename van hart- en vaatziekten. De verzadigde vetten die worden gehaald uit de magere zuivelproducten blijven namelijk in de voedselketen en wordt verwerkt in andere producten, zoals koekjes, cake en ijs.
Volgens Willett bevat melk een rijke bron van voedingsstoffen die echter vooral bedoeld is voor de groei van jonge zoogdieren. De aanbevelingen voor inname van melk en calcium voor oudere kinderen en volwassenen zijn volgens de Amerikaanse voedingswetenschapper in de VS en ook in Nederland te hoog.
De optimale melkconsumptie is volgens Willett niet duidelijk. „Een tot twee glazen melk of porties zuivel per dag lijkt echter voldoende. Méér is overmatig. We moeten nog onderzoeken bij welke hoeveelheid de voordelen voor de gezondheid groter zijn dan de nadelen. Tot die tijd moeten we voorzichtig met het drinken van grote hoeveelheden melk.”
Het Voedingscentrum was er snel bij om de boodschap van Willett tegen te spreken. Op de website van het centrum is te lezen dat „de beweringen” van Willett geen aanleiding zijn om de huidige zuiveladviezen in Nederland aan te passen.