Het budget voor innovatie steeg van 1,8 miljard euro in 2003 naar 3,7 miljard vorig jaar en het huidige kabinet wil dat verhogen naar 3,8 miljard in 2015. Maar volgens de Rekenkamer is niet duidelijk of de overheid erin slaagt het innovatief vermogen van de Nederlandse economie te vergroten.

Zo is het aandeel investeringen in onderzoek en ontwikkeling van de totale investeringen in het bedrijfsleven niet gestegen, maar gedaald: van 1,01 procent in 2003 naar 0,88 procent in 2009. Nederland staat 7e op een internationale ranglijst van economieën met het grootste concurrentievermogen, terwijl in 2008 de 5e plaats als doel was gesteld.

„Evaluaties geven nauwelijks inzicht in het effect van de investeringen in innovatie en dus heeft de overheid nauwelijks kunnen leren van de ervaring die sinds 2003 is opgedaan”, aldus de Algemene Rekenkamer, die controleert of het Rijk geld uitgeeft en beleid uitvoert zoals het de bedoeling is. Ook stelt de Rekenkamer dat het niet openbaar is welke bedrijven hoeveel geld krijgen en wat ze er precies mee doen.

Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie liet in een reactie weten dat mensen die informatie kunnen opvragen. Minister Maxime Verhagen zei dat hij het rapport van de Rekenkamer ter harte neemt. Hij wil zo snel mogelijk laten zien wat zijn beleid heeft opgeleverd.

CDA-Tweede Kamerlid Ad Koppejan is geschrokken van de conclusies van de Rekenkamer. „Het is belangrijk dat de transparantie hierover wordt vergroot: waar komt dat geld terecht?”, aldus de parlementariër. „Het gaat om een kleine 4 miljard euro, dat is veel geld. De belastingbetaler mag weten waar dat blijft.”

Afke Schaart (VVD) vindt dat ook. Volgens haar is er werk aan de winkel voor Verhagen en de Tweede Kamer om beter inzichtelijk te maken waar de miljarden heengaan.

De overkoepelende organisatie van universiteiten (VSNU) vreest dat het bedrijven- en innovatiebeleid van het kabinet ten koste gaat van 3000 plaatsen per jaar voor promovendi en postdoctorale opleidingen.