Opinie

Abbas zet toekomst Palestijnen op het spel

Met zijn pleidooi voor een Palestijnse staat blokkeert Mahmud Abbas 
het vredesproces tussen de Palestijnen en Israël, 
menen B. Belder en D. J. Diepenbroek.

24 September 2011 07:56Gewijzigd op 14 November 2020 16:47
Mahmud Abbas, president van de Palestijnse Autoriteit (l.), was woensdag op bezoek bij de Amerikaanse president Barack Obama. Foto EPA
Mahmud Abbas, president van de Palestijnse Autoriteit (l.), was woensdag op bezoek bij de Amerikaanse president Barack Obama. Foto EPA

Het betoog van de Palestijnse president Mahmud Abbas is niet anders te typeren dan als een propagandistisch pamflet van matige kwaliteit. Neem alleen zijn zeer selectieve shoppen in de winkel van de geschiedenis van het conflict tussen Israël en de Palestijnen. Hij refereert aan twintig jaar tevergeefs onderhandelen met Israël. Dat feit is op zich correct. Wat Abbas er niet bij vertelt, is dat zijn voorganger Arafat in 2000 tot twee keer toe vergaande compromissen van Israël geweigerd heeft. Hoewel het Abbas te vergeven valt dat hij de strategieën van zijn voorganger Arafat niet volledig kan doorgronden, vertelt hij er echter ook niet bij dat hij in 2008 zelf een vergaand vredesvoorstel van Olmert van tafel veegde.

Abbas vermeldt gemakshalve ook niet dat de Arabische partijen eind jaren 40 van de vorige eeuw een erg ongelukkige rol hebben gespeeld. Enige reflectie op de resolute weigering van deze Arabische partijen om in te stemmen met het VN-voorstel tot een deling van het land zou het artikel van Abbas er niet slechter op hebben gemaakt. In plaats van te reppen van zionistische agressie is het historisch eerlijker om te spreken over een Arabische invasie.

Wij willen ons echter niet beperken tot het verleden. Helaas klopt ook zijn analyse van een unilaterale verklaring van onafhankelijkheid van geen kanten. En dat heeft alles te maken met zijn historische bijziendheid. Uit frustratie over twintig jaar mislukte onderhandelingen kiest de Palestijnse Autoriteit voor de weg van het unilateraal uitroepen van eigen onafhankelijkheid. Abbas wil Israël voor voldongen feiten plaatsen, om zo meer concessies los te krijgen.

Welke concessies wil Abbas binnenhalen? Daar spreekt zijn eigen stuk boekdelen over. Het recht op terugkeer voor Palestijnse vluchtelingen. Hiermee toont de Palestijnse president aan waarom de onderhandelingen met Israël al twintig jaar mislukken. Het dragende principe van de vredesonderhandelingen is immers dat er twee staten gevormd worden, die als thuisland dienen voor twee volken.

Abbas opteert echter voor een Palestijnse staat en een binationale staat Israël. Een aanzienlijk deel van deze binationale staat wordt gevormd door teruggekeerde Palestijnse vluchtelingen. Dit betekent een dusdanig heftige verstoring van de demografische opbouw van Israël dat het Joodse karakter van de staat Israël direct onder druk komt te staan. Te vrezen valt dat Abbas hier welbewust op aanstuurt. Hij spreekt in zijn artikel namelijk over 22 procent van het historische thuisland van de Palestijnen. In deze redenering wordt 100 procent dus gevormd door een Palestijnse staat, die het totale grondgebied van Israël en de Palestijnse gebieden omvat. Hiermee stuiten we op een continue lijn in het beleid van de Palestijnen versus Israël, en dat is hun stelselmatige weigering om het bestaansrecht van Israël als Joodse staat te erkennen.

Bijna komisch wordt het betoog van Abbas als hij stelt dat de Palestijnen voldoen aan de voorwaarden voor staatsvorming zoals verwoord in het Verdrag van Montevideo. We lichten er nu alleen de derde voorwaarde uit: een effectieve regering. In de eerste plaats doet de benaming van Abbas als president pijnlijk aan als je beseft dat zijn termijn er in 2009 al op zat. Gemakshalve zijn ook de parlementsverkiezingen van 2010 maar even uitgesteld, alsmede recent die op lokaal niveau. Abbas verzwijgt totaal het enorme gebrek aan consensus aan Palestijnse zijde. Het ontbreekt Israël op dit moment aan een betrouwbare gesprekspartner. En de Palestijnen aan een betrouwbare en effectieve regering.

We komen uit bij ons laatste punt. Abbas geeft een volstrekte vertekening van de feiten als hij zegt dat dit Palestijnse initiatief het vredesproces niet opblaast. Dat doet het namelijk wel. De Palestijnse Autoriteit creëert bij de eigen bevolking onwerkelijke verwachtingen. Bij een voor de Palestijnen teleurstellende uitkomst is het gevaar van een nieuwe intifada reëel. In geval van een voor hem gunstige uitkomst wordt Israël gedwongen tegenmaatregelen te nemen. En deze prijs willen Abbas en consorten betalen voor een autonomieverklaring die niets aan de situatie op de grond zal veranderen. De Israëli’s en het Palestijnse volk verdienen beter.

B. Belder en D. J. Diepenbroek zijn respectievelijk lid en beleidsmedewerker van de eurofractie SGP.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer