Toekan lokt automobilisten snelweg af
Drie zakenmensen converseren op luide toon in het Engels. Een grijzend stel wisselt een kusje uit. Aan een tafeltje met vier jongemannen, gekleed in kostuum, rinkelt voortdurend een mobieltje. De schatting van Peter Groenen, manager van het Van der Valk Hotel Vianen, lijkt correct. „Van maandag tot en met donderdag is overdag ongeveer 80 procent van onze klanten zakelijk en 20 procent particulier.”
Wie over de A2 langs Vianen rijdt, kan moeilijk het grote pand met de bekende toekan op het dak over het hoofd zien. Rond etenstijd lokt de vogel menig automobilist de afrit af. Parkeren is geen probleem. Een grote hal in, een brede trap naar de eerste verdieping op en het restaurant is gevonden.
Al tientallen jaren is de plaats waar nu het Van der Valk-hotel staat een pleisterplaats. Groenen: „Sinds 1983 is het in onze handen. Maar zover ik weet, zat er in ieder geval al vanaf 1930 een wegrestaurant.”
Groenen was vanaf het begin als manager betrokken bij Hotel Vianen. „Eerst stond er op deze plaats een veel kleiner gebouw, een hotel-restaurant met 54 kamers. Al bij de aankoop in 1983 zijn er vergunningen ingediend voor vergroting van het pand en het bijbouwen van nieuwe ruimtes. Begin jaren ’90 werden ze langzamerhand verleend. Eerst zijn er toen 110 kamers bijgebouwd. Later kwam ook dit restaurant met de zalen erbij. Nog geen jaar geleden is de laatste fase van uitbreiding met nog eens 50 kamers afgerond. In totaal hebben we nu 220 kamers.”
De economische teruggang gaat aan de grootste horecaondernemer van 2002 niet voorbij. „’s Avonds scheelt het soms veertig à vijftig personen in ons restaurant. Wij hebben een capaciteit van 400 plaatsen. Overdag is de helft gereserveerd voor à-la-cartegasten, de andere helft voor zakenmensen die gebruikmaken van de vergaderzalen. ’s Avonds is -afhankelijk van de drukte- drievijfde voor à-la-cartegasten en tweevijfde voor gebruikers van onze zalen.”
Hotel Vianen staat bepaald niet in een toeristische streek. „Wij moeten het daarom vooral hebben van zakenlui en mensen die op doorreis zijn. In vakantietijd is het hier dus vaak wat rustiger. Wij zijn ook sterk afhankelijk van het weer. Straalt de zon, dan kiezen mensen voor het strand en de barbecue. Is het bewolkt, dan gaan ze vaak een dagje uit en willen ze op de terugweg ergens eten.”
Op een donderdagmiddag in juni is rond 13.00 uur ongeveer tweederde van het aantal stoelen in het à-la-cartegedeelte van het restaurant bezet. Helaas is het rookverbod in horecagelegenheden nog niet doorgevoerd, zodat de gerechten een bijsmaakje krijgen.
Een openstaande deur naar de keuken biedt een kijkje in een ruimte waarin koks en bedienend personeel hard aan het werk zijn. De menukaart biedt uitgebreide keus. Gedurende het seizoen is er een aparte bladzijde met aspergegerechten in opgenomen. Verder zijn er uiteraard uitsmijters verkrijgbaar, maar er is ook een specialiteitenkaart met vis-, gevogelte- en vleesgerechten. Voor kinderen zijn er allerlei menu’s zoals speurneus (friet met frikadel) of gekke eend (friet met kipnuggets).
„Het prettige van ons restaurant is ook dat je er met kleine kinderen redelijk ongestoord kunt eten”, vindt de manager. „In andere eetgelegenheden levert dat soms problemen op, maar wij zijn er op ingesteld. We hebben een aparte menukaart, maar ook faciliteiten zoals een speeltuintje en een kinder-wc.”
De populairste gerechten zijn volgens Groenen nog altijd tournedos, mixed grill, gebakken sliptong, schnitzel en varkenshaas. „Alhoewel je de laatste tijd ook wel een opmars merkt van exotische vissoorten zoals rode poon.”
De manager is trots op zijn bedrijf. „De sfeer is goed. Je merkt bijvoorbeeld dat veel stagiairs later terugkomen om hier te gaan werken. Bij het bedienend personeel lopen er mensen rond die al tien of vijftien jaar meedraaien. Dan merk je dat je in een familiebedrijf werkt. Bovendien hebben wij een goede keuken.”
Dat laatste zijn meneer en mevrouw Selman uit Andelst met hem eens. Het echtpaar is vanuit Den Haag weer op de terugreis naar zijn woning. „We eten vaker bij Van der Valk, maar niet in deze vestiging. We zijn hier toevallig neergestreken omdat dit op onze route lag.”
De varkenshaas met roomsaus smaakt prima. Mevrouw Selman: „We zeiden net nog tegen elkaar: Je zit bij Van der Valk altijd net iets meer ontspannen als in andere gelegenheden. AC-restaurants bijvoorbeeld zijn minder gezellig en het eten is hier gewoon lekkerder. Qua prijs maakt het bovendien niet uit.”
Het is 14.00 uur geweest. Het restaurant raakt langzaam leeg. Het personeel ruimt schoon bestek op, leegt asbakken en zet zout- en pepervaatjes weer recht. Nog even en Hotel Vianen is weer klaar voor de avondgasten.
Dit is de eerste aflevering van een serie over pleisterplaatsen in Nederland, die de komende weken op woensdag wordt gepubliceerd. De verslaggever proeft daarbij ook het dagmenu.