Leren Chinese taal vergt veel ,,oefenen en stampen”
Voor haar werk kwam ze de afgelopen jaren een aantal keren in China. Aan de taal van het land kon Carola Keddeman (38), inkoper bij een handelsonderneming, geen touw vastknopen. Toen ze het afgelopen seizoen zin had een cursus te gaan volgen, koos ze voor Chinees voor beginners. Bij docente Mudan Li van de Chinese School in Amersfoort volgde ze met zes andere cursisten vijftien lessen.
Enthousiast blikt Keddeman terug op de studie van de eerste beginselen van het Mandarijnchinees, zoals de taal officieel heet. „Ik wist niet goed wat ik ervan moest verwachten, omdat deze taal met geen enkele andere te vergelijken is. Het was iets waar ik totaal geen kaas van had gegeten, om het maar eens op z’n Nederlands te zeggen. We leerden onder meer het pin yin, de weergave van Chinese karakters in ons Latijnse alfabet. Elke les moesten we ook vijf woorden in Chinese karaktertekens schrijven en leren, waarbij we ook de uitspraak oefenden. Onder meer die woorden gebruikten we tijdens de lessen in een dialoog.”
Keddeman legt uit dat Chinees „een echte toontaal” is. „Een klank heeft in elke toon een andere betekenis. De uitspraak is dus heel belangrijk. Het Mandarijnchinees kent vier verschillende tonen en ook woorden zonder toon. ”Wen” betekent bijvoorbeeld de ene keer lauw. Als je het op een andere manier uitspreekt, betekent het taal. En op nog weer een andere manier ”kus geven”. Je moet dus heel goed weten welke toon je gebruikt.”
Het leren van de Chinese taal vergt veel „oefenen en stampen”, zegt Keddeman. Ze kreeg de smaak goed te pakken. Het enthousiasme van haar docente, een Chinese die met een Nederlander is getrouwd, droeg daaraan in belangrijke mate bij. „Ze geeft niet alleen goed en duidelijk les, maar biedt ook interessante achtergrondinformatie over het land en de cultuur. Zo ging ze in op Chinese tafelmanieren en de wijze waarop Chinezen hun kinderen een naam geven. Daarin ligt een wens opgesloten, bijvoorbeeld gezondheid of rijkdom. De lessen hadden bovendien een ontspannen sfeer. We dronken Chinese thee en de laatste bijeenkomst sloten we af met het maken van dumplings, Chinese hapjes.”
Als ze ooit weer voor haar werk naar Azië afreist, wil Keddeman zich graag enigszins in het Chinees verstaanbaar kunnen maken. Daarom gaat ze komend seizoen enthousiast verder met de vervolgcursus. „Een gesprek voeren is nu nog heel lastig, omdat mijn woordenschat na vijftien lessen nog niet heel groot is. De eigenaar van een snackbar bij mij in de buurt spreekt Mandarijnchinees. Met hem oefen ik soms een beetje. Dan hebben we vooral een hoop lol.”
Dit is de laatste aflevering van een serie waarin mensen vertellen over hun deelname aan een cursus.