Stad moet zuiniger zijn op vesting
WOERDEN – De tien vestingsteden die samen de Oude Hollandse Waterlinie (OHWL) vormen, moeten zuiniger zijn op de nog zichtbare resten van dit verdedigingswerk.
Her en der is er sprake van slecht onderhoud van wallen en singels, op veel plaatsen is het gebied rond de linie volgebouwd en gedetailleerde geschiedschrijving van de vestingen is ook lang niet overal in orde. Dat concludeerde het Kwaliteitsteam Groene Hart maandag. Het deed in opdracht van de provincies Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland onderzoek naar de toestand van de waterlinie.
De Oude Hollandse Waterlinie was het eerste verdedigingswerk langs het water dat in Nederland is aangelegd, tussen 1672 en 1700. Aan de linie liggen Naarden, Weesp, Woerden, Muiden, Montfoort, Oudewater, Nieuwpoort, Schoonhoven, Gorinchem en Woudrichem.
In Naarden is de vesting heel goed bewaard gebleven, maar elders is er vrijwel niets meer van te zien. „De Oude Hollandse Waterlinie is echter een uniek Hollands cultuurhistorisch fenomeen en tevens een bijzonder militair-historisch tijdsbeeld.”
Het team adviseert de provincies om er bij het goedkeuren van nieuwe bestemmingsplannen van gemeenten op te letten dat de nog open gebieden niet verder worden dichtgebouwd. „Schootsvelden zouden bijvoorbeeld moeten worden opgenomen in dergelijke plannen.”
De onderzoekers snappen dat het niet meer mogelijk is om de Oude Hollandse Waterlinie weer helemaal zichtbaar te maken. „Maar te overwegen valt om bijvoorbeeld in het voorjaar inundatiegebieden onder water te laten lopen, wat meteen goed is voor de stand van de weidevogels.”
Verwaarloosde vestingwerken zouden moeten worden hersteld.